ECLI:NL:RVS:2018:552

Raad van State

Datum uitspraak
16 februari 2018
Publicatiedatum
20 februari 2018
Zaaknummer
201801327/1/A2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ongeldigverklaring blanco lijst kandidaten bij gemeenteraadsverkiezingen door onvoldoende geldige ondersteuningsverklaringen

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 16 februari 2018 uitspraak gedaan in het beroep van [appellante] tegen het besluit van het centraal stembureau van 9 februari 2018. Het centraal stembureau had de blanco lijst met als eerste kandidaat [appellante] ongeldig verklaard, omdat er niet voldoende geldige verklaringen van ondersteuning waren ingeleverd. De zitting vond plaats op 16 februari 2018 om 10:00 uur, waarbij de voorzitter, Staatsraad mr. C.H.M. van Altena, en de leden, Staatsraad mr. D.A.C. Slump en Staatsraad mr. A.W.M. Bijloos, aanwezig waren. De griffie werd verzorgd door mr. M. Rijsdijk en mr. J. Wieland.

Tijdens de zitting werd vastgesteld dat er tussen partijen geen geschil bestond over het feit dat er niet voldoende geldige ondersteuningsverklaringen waren ingeleverd. Op basis van artikel I 5, aanhef en onder c, van de Kieswet is de lijst dan ongeldig. De Afdeling benadrukte het belang van een uniforme toepassing van de Kieswet, waarbij strikte handhaving noodzakelijk is, behoudens situaties van overmacht.

Het enkele feit dat enkele ondertekenaars op 9 februari 2018 te maken kregen met lange wachttijden bij het Stadsloket Centrum voor het waarmerken van hun verklaring, werd niet als overmacht beschouwd. [appellante] had veertien dagen voorafgaand aan de kandidaatstelling en drie dagen tijdens de hersteltermijn om voldoende ondersteuningsverklaringen te verkrijgen. De keuze om op de laatste dag van de hersteltermijn gebruik te maken van de mogelijkheid tot verzuimherstel viel binnen de risicosfeer van [appellante]. De Afdeling verklaarde het beroep ongegrond.

Uitspraak

201801327/1/A2.
Datum uitspraak: 16 februari 2018
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[appellante], wonend te Amsterdam,
appellante,
en
het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de raad van de gemeente Amsterdam,
verweerder.
Openbare zitting gehouden op 16 februari 2018 om 10:00 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. C.H.M. van Altena    voorzitter
Staatsraad mr. D.A.C. Slump    lid
Staatsraad mr. A.W.M. Bijloos    lid
griffier:     mr. M. Rijsdijk, mr. J. Wieland
Verschenen:
[appellante], bijgestaan door mr. R. Bleijendaal, advocaat te Haarlem, en vergezeld van [personen];
het centraal stembureau, vertegenwoordigd door mr. J.E. Geuzinge;
de Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. W.A.E. Brüheim. Het beroep is gericht tegen het besluit van het centraal stembureau van 9 februari 2018, waarbij de blanco lijst met als eerste kandidaat [appellante] ongeldig is verklaard omdat niet voldoende geldige verklaringen van ondersteuning zijn ingeleverd. Beslissing
De Afdeling verklaart het beroep ongegrond.
Gronden:
-    Tussen partijen is niet in geschil dat niet voldoende geldige ondersteuningsverklaringen zijn ingeleverd. Op grond van artikel I 5, aanhef en onder c, van de Kieswet is de lijst dan ongeldig.
-    Het belang van een uniforme toepassing van de Kieswet prevaleert, zodat, behoudens situaties van overmacht, daaraan strikt de hand moet worden gehouden.
-    Het enkele feit dat op een aantal momenten enige ondertekenaars van ondersteuningsverklaringen, in het bijzonder op 9 februari 2018, te maken kregen met een relatief lange wachttijd bij het Stadsloket Centrum voor het waarmerken van hun verklaring, kan niet als een dergelijke situatie worden aangemerkt.
[appellante] heeft eerst een periode van veertien dagen gehad voorafgaande aan de dag van kandidaatstelling, en na constatering van het verzuim nog drie dagen tijdens de hersteltermijn, om voldoende ondersteuningsverklaringen te verkrijgen en in te leveren. Zij heeft er zelf voor gekozen om van de mogelijkheid tot verzuimherstel op de laatste dag van de hersteltermijn nog gebruik te maken. Dat zij daardoor niet optimaal gebruik heeft gemaakt van de inleverperiode ligt in de risicosfeer van [appellante].
w.g. Van Altena    w.g. Rijsdijk
Voorzitter    griffier
705.