ECLI:NL:RVS:2018:3841

Raad van State

Datum uitspraak
22 november 2018
Publicatiedatum
23 november 2018
Zaaknummer
201709840/1/A1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep omgevingsvergunning herontwikkeling Boekhorstlaan door Veluwe Transferium Boekhorst B.V.

Op 22 november 2018 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in het hoger beroep van Veluwe Transferium Boekhorst B.V. (VTB) tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland van 1 november 2017. De rechtbank had de omgevingsvergunning, verleend door het college van burgemeester en wethouders van Harderwijk op 7 april 2017 voor de herontwikkeling van percelen aan de Boekhorstlaan voor recreatie en horeca, vernietigd. VTB was het niet eens met deze uitspraak en heeft hoger beroep ingesteld. Tijdens de procedure heeft [partij sub 2] zich teruggetrokken, en het college heeft op 25 juni 2018 een nieuwe omgevingsvergunning verleend aan VTB. Dit nieuwe besluit werd van rechtswege onderdeel van het hoger beroep. De Afdeling heeft vastgesteld dat [partij sub 1] e.a. geen bezwaren hebben geuit tegen het nieuwe besluit en heeft het beroep van hen ongegrond verklaard. VTB had geen procesbelang meer in het hoger beroep tegen de eerdere uitspraak van de rechtbank, waardoor het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De Raad van State heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken in beide beroepen.

Uitspraak

201709840/1/A1.
Datum uitspraak: 22 november 2018
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak (artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb)) op het hoger beroep van:
Veluwe Transferium Boekhorst B.V., gevestigd te Lelystad (hierna: VTB),
appellante,
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 1 november 2017 in zaken nrs. 17/2383 en 17/2688 in het geding tussen:
1.    [partij sub 1] e.a., allen wonend te Harderwijk,
2.    [partij sub 2A] en [partij sub 2B], beiden wonend te Harderwijk (hierna gezamenlijk en in enkelvoud: [partij sub 2]),
en
het college van burgemeester en wethouders van Harderwijk.
Openbare zitting gehouden op 16 november 2018 om 10:45 uur.
Tegenwoordig:
Staatsraad mr. D.A.C. Slump    voorzitter
Staatsraad mr. F.D. van Heijningen    rapporteur
Staatsraad mr. A.J.C. de Moor-van Vugt    lid
griffier: mr. N.I. Breunese-van Goor
Verschenen:
VTB, vertegenwoordigd door mr. J.A. Huijgen, advocaat te Den Haag, [gemachtigden];
Het college, vertegenwoordigd door H. Maas MSc en ir. C. van den Bedem.
======================================
Bij besluit van 7 april 2017 heeft het college een omgevingsvergunning aan VTB verleend voor de herontwikkeling van diverse percelen aan de Boekhorstlaan voor recreatie en horeca (hierna: het project).
Bij uitspraak van 1 november 2017 heeft de rechtbank de door [partij sub 1] e.a. en [partij sub 2] daartegen ingestelde beroepen gegrond verklaard en het besluit van 7 april 2017 vernietigd. Deze uitspraak is aangehecht.
Het hoger beroep van VTB richt zich tegen deze uitspraak.
Bij brief van 18 juni 2018 heeft [partij sub 2] zich als partij teruggetrokken uit deze procedure.
Hangende het hoger beroep heeft het college bij besluit van 25 juni 2018 opnieuw een omgevingsvergunning aan VTB verleend voor het project.
Dit besluit wordt, gelet op artikel 6:24 van de Awb, gelezen in samenhang met artikel 6:19, eerste lid, van die wet, van rechtswege geacht onderwerp te zijn van dit geding. Dit betekent dat voor [partij sub 1] e.a. van rechtswege een beroep tegen dit besluit is ontstaan. Voor VTB is geen sprake van een beroep van rechtswege tegen dit nieuwe besluit, nu zij daarbij onvoldoende belang heeft.
De Afdeling:
I.    verklaart het hoger beroep van Veluwe Transferium Boekhorst B.V. niet-ontvankelijk;
II.    verklaart het beroep van [partij sub 1] e.a. tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Harderwijk van 25 juni 2018 ongegrond.
Gronden:
De Afdeling heeft [partij sub 1] e.a. bij brief van 29 juni 2018 in de gelegenheid gesteld om te reageren op het besluit van 25 juni 2018. Daarbij is hen gevraagd om schriftelijk mee te delen of zij zich met dit besluit kunnen verenigen en, zo nee, welke gronden zij tegen dit besluit aanvoeren. [partij sub 1] e.a. hebben geen gebruik gemaakt van deze gelegenheid. Evenmin zijn zij ter zitting verschenen. De Afdeling leidt hieruit af dat zij geen bezwaren hebben tegen dit besluit. Gelet hierop is het beroep van [partij sub 1] e.a. dat van rechtswege is ontstaan tegen het besluit van 25 juni 2018 ongegrond.
Als gevolg hiervan beschikt VTB over een onherroepelijke omgevingsvergunning voor het project. Een inhoudelijke beoordeling van haar hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank van 1 november 2017 kan daarin geen verandering brengen. Ter zitting heeft VTB bevestigd dat zij om deze reden geen procesbelang meer heeft. Gelet hierop wordt het hoger beroep door de Afdeling niet inhoudelijk beoordeeld en is het hoger beroep van VTB niet-ontvankelijk.
Er bestaat geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling in beide beroepen.
w.g. Slump    w.g. Breunese-van Goor
voorzitter    griffier
208.