ECLI:NL:RVS:2018:1603

Raad van State

Datum uitspraak
4 mei 2018
Publicatiedatum
9 mei 2018
Zaaknummer
201705467/4/A3, 201704664/4/A3 en 201706766/4/A3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van rechters in bestuursrechtelijke procedures

Op 22 april 2018 heeft verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, mr. S.F.M. Wortmann en mr. A.B.M. Hent, die deel uitmaken van de wrakingskamer van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Dit verzoek volgde op een eerdere afwijzing van een wrakingsverzoek tegen mr. C.J. Borman, dat op 13 april 2018 was afgewezen. De wrakingskamer heeft op 4 mei 2018 beslist dat het nieuwe wrakingsverzoek niet in behandeling kan worden genomen, omdat het verzoek is ingediend nadat de beslissing op het eerste wrakingsverzoek openbaar was gemaakt. Volgens artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een rechter worden gewraakt op basis van feiten die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. Echter, de wrakingsregeling stelt dat een verzoek om wraking niet meer kan worden ingediend nadat de einduitspraak in de hoofdzaak openbaar is gemaakt. De wrakingskamer heeft geconcludeerd dat het verzoek om wraking buiten behandeling moet worden gelaten, omdat het niet meer in behandeling kan worden genomen na de openbaarmaking van de eerdere beslissing. De beslissing is genomen door de voorzitter en leden van de wrakingskamer, en is openbaar uitgesproken op 4 mei 2018.

Uitspraak

201705467/4/A3, 201704664/4/A3 en 201706766/4/A3.
Datum beslissing: 4 mei 2018
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Beslissing op het verzoek van:
[verzoeker], wonend te [woonplaats],
om toepassing van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb).
Procesverloop
Bij brief, ingekomen bij de Raad van State op 22 april 2018, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, mr. S.F.M. Wortmann en mr. A.B.M. Hent, voorzitter onderscheidenlijk leden van de wrakingskamer van de Afdeling (hierna: de eerste wrakingskamer) die een door [verzoeker] ingediend verzoek om wraking van mr. C.J. Borman (hierna: het eerste wrakingsverzoek) heeft afgewezen bij beslissing van 13 april 2018 in zaken nrs. 201705467/2/A3, 201704664/2/A3 en 201706766/2/A3.
Overwegingen
1.    Artikel 8:15 van de Awb luidt: 'Op verzoek van een partij kan elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.'
Volgens artikel 3, tweede lid, aanhef en onder a, van de Wrakingsregeling bestuursrechterlijke colleges 2013 (hierna: de Wrakingsregeling) kan de wrakingskamer zonder daartoe een zitting te houden beslissen een verzoek om wraking niet in behandeling te nemen indien het verzoek is gedaan nadat in de hoofdzaak de einduitspraak openbaar is gemaakt.
2.    Het verzoek om wraking van de voorzitter en leden van de eerste wrakingskamer is ingediend nadat die kamer heeft beslist op het eerste wrakingsverzoek. Het bepaalde in artikel 8:15, gelezen in samenhang met artikel 8:16, van de Awb brengt mee dat een verzoek om wraking van leden, belast met de behandeling van een wrakingsverzoek, niet meer kan worden gedaan indien de beslissing op dat verzoek al openbaar is gemaakt. Nadat op het verzoek door de wrakingskamer is beslist, is dit verzoek immers niet langer bij die wrakingskamer in behandeling. Gelet hierop en op artikel 3, tweede lid, aanhef en onder a, van de Wrakingsregeling wordt het voorliggende wrakingsverzoek zonder een zitting te houden buiten behandeling gelaten.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
laat het verzoek buiten behandeling.
Aldus vastgesteld door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, voorzitter, en mr. G. van der Wiel en mr. N. Verheij, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.V.T.K. Oei, griffier.
w.g. Scholten-Hinloopen    w.g. Oei
voorzitter    griffier
Uitgesproken in het openbaar op 4 mei 2018
670.