ECLI:NL:RVS:2017:149
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake lasten onder dwangsom opgelegd aan verzoeker door college van gedeputeerde staten van Limburg
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 25 januari 2017 uitspraak gedaan over een verzoek tot voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door [verzoeker] tegen het college van gedeputeerde staten van Limburg, dat op 2 februari 2016 een drietal lasten onder dwangsom had opgelegd aan [verzoeker]. Na een ongegrond verklaard bezwaar op 21 juni 2016, heeft [verzoeker] beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 17 januari 2017 ter zitting behandeld. Tijdens deze zitting heeft [verzoeker] aangegeven dat het college heeft vastgesteld dat er momenteel geen overtreding plaatsvindt, waardoor zij geen belang meer heeft bij het treffen van een voorlopige voorziening. Gezien deze omstandigheden heeft de voorzieningenrechter besloten om de eerder getroffen voorlopige voorziening op te heffen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De beslissing houdt in dat de schorsing van de besluiten van het college van gedeputeerde staten van Limburg van 21 juni 2016 en 2 februari 2016 wordt opgeheven.