ECLI:NL:RVS:2016:1476

Raad van State

Datum uitspraak
1 juni 2016
Publicatiedatum
1 juni 2016
Zaaknummer
201307661/5/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestemmingsplan Deurne, Zuid en West: vernietiging van eerdere besluiten en herstel van uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel

Op 1 juni 2016 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende het bestemmingsplan "Bedrijventerreinen Deurne, Zuid en West". Dit bestemmingsplan was oorspronkelijk vastgesteld door de raad van de gemeente Deurne op 25 juni 2013. Tegen dit besluit hebben de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Autobedrijf [appellant sub 1] en de vennootschap onder firma Auto Italia V.O.F. beroep ingesteld. De Afdeling heeft in eerdere uitspraken, waaronder een tussenuitspraak op 17 september 2014, vastgesteld dat het besluit van 25 juni 2013 in strijd met de vereiste zorgvuldigheid was genomen, omdat er geen regeling voor uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel was opgenomen. De raad kreeg de kans om dit gebrek te herstellen.

Na een herstelbesluit op 9 december 2014, dat niet volledig tegemoet kwam aan de beroepen, volgde een tweede tussenuitspraak op 25 november 2015, waarin opnieuw gebreken werden vastgesteld. Uiteindelijk heeft de raad op 16 februari 2016 het bestemmingsplan gewijzigd en opnieuw vastgesteld. De Afdeling heeft in deze einduitspraak geoordeeld dat de beroepen van de appellanten gegrond zijn en heeft de eerdere besluiten van de raad vernietigd voor zover deze niet voldeden aan de eisen van zorgvuldigheid en de wet.

De Afdeling heeft de raad van de gemeente Deurne veroordeeld tot vergoeding van proceskosten aan de appellanten, die in totaal € 2.232,00 per partij bedragen, evenals de griffierechten. De uitspraak bevestigt dat het bestemmingsplan zoals vastgesteld op 16 februari 2016 in stand blijft, maar dat eerdere besluiten niet rechtsgeldig waren.

Uitspraak

201307661/5/R2.
Datum uitspraak: 1 juni 2016
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Autobedrijf [appellant sub 1], gevestigd te Deurne, en anderen (hierna: [appellant sub 1] en anderen),
2. de vennootschap onder firma Auto Italia V.O.F., gevestigd te Deurne, en anderen (hierna: Auto Italia en anderen),
appellanten,
en
de raad van de gemeente Deurne,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 25 juni 2013, nr. 42a, heeft de raad het bestemmingsplan "Bedrijventerreinen Deurne, Zuid en West" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben onder meer en [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 17 juli 2014, waar onder meer [appellant sub 1] en anderen, Auto Italia en anderen, alle vertegenwoordigd door mr. P.G. Grijpstra, advocaat te Deurne, en de raad, vertegenwoordigd door mr. C.A.A. Span en H.H. Moors, beiden werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
De Afdeling heeft ter zitting [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen de gelegenheid geboden om binnen één week na de zitting nog een schriftelijke reactie in te dienen. Dit hebben zij bij brief van 24 juli 2014 gedaan.
Bij uitspraak, deels tussenuitspraak, van 17 september 2014, ECLI:NL:RVS:2014:3391, heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen zestien weken na de verzending van de uitspraak de aldaar omschreven gebreken te herstellen. Deze uitspraak, deels tussenuitspraak, is aangehecht.
Bij besluit van 9 december 2014, nr. 92a, heeft de raad het bestemmingsplan "Bedrijventerreinen Deurne, Zuid en West" gewijzigd.
Daartoe in de gelegenheid gesteld hebben onder meer [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen een zienswijze over het besluit van 9 december 2014 naar voren gebracht.
De raad heeft een nader stuk ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 1 oktober 2015, waar onder meer [appellant sub 1] en anderen, Auto Italia en anderen, alle vertegenwoordigd door mr. P.G. Grijpstra, advocaat te Helmond, en de raad, vertegenwoordigd door P.J.L.M. Oberndorff, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
Bij uitspraak, deels tussenuitspraak, van 25 november 2015, ECLI:NL:RVS:2015:3589, heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen zestien weken na de verzending van de uitspraak de aldaar omschreven gebreken te herstellen. Deze uitspraak, deels tussenuitspraak, is aangehecht.
Bij besluit van 16 februari 2016 heeft de raad het bestemmingsplan "Bedrijventerrein Deurne, Zuid en West" gewijzigd en geheel opnieuw vastgesteld.
Daartoe in de gelegenheid gesteld hebben [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen een zienswijze over het besluit van 16 februari 2016 naar voren gebracht.
De Afdeling heeft bepaald dat een nadere zitting achterwege blijft. Vervolgens heeft de Afdeling het onderzoek gesloten.
Overwegingen
Inleiding
1. Het bij besluit van 16 februari 2016 vastgestelde plan voorziet in een actueel juridisch-planologisch kader voor een aantal bedrijventerreinen in de gemeente Deurne en is voornamelijk conserverend van aard.
2. De Afdeling heeft ten aanzien van de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen twee keer een bestuurlijke lus als bedoeld in artikel 8:51d van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) toegepast. Met deze einduitspraak wordt definitief op hun beroepen beslist.
Tussenuitspraak van 17 september 2014
3. De Afdeling heeft over de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen in de tussenuitspraak van 17 september 2014 overwogen dat het besluit van 25 juni 2013 in strijd met de vereiste zorgvuldigheid is genomen, voor zover daarin niet een regeling voor uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel en/of perifere detailhandel is opgenomen.
4. De Afdeling heeft de raad in de gelegenheid gesteld dit gebrek te herstellen. Daartoe heeft zij de raad opgedragen in de planregels een regeling op te nemen voor uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel en/of perifere detailhandel.
Herstelbesluit van 9 december 2014
5. Bij het herstelbesluit van 9 december 2014 heeft de raad onder meer aan artikel 4 van de planregels een nieuw lid 4.4.8 toegevoegd en heeft hij het oude lid 4.4.8 gewijzigd, aangevuld en vernummerd tot 4.4.9. Verder heeft de raad lid 4.6.5, onderdeel b, gewijzigd en vernummerd tot onderdelen b en c.
6. Met het herstelbesluit is niet volledig tegemoet gekomen aan de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen. Ingevolge artikel 6:19, eerste lid, van de Awb hebben de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen van rechtswege mede betrekking op het herstelbesluit van 9 december 2014.
Tussenuitspraak van 25 november 2015
7. De Afdeling heeft over de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen in de tussenuitspraak van 25 november 2015 overwogen dat het herstelbesluit van 9 december 2014, voor zover dat ziet op de vaststelling van artikel 4, leden 4.4.9, onder b, sub 2, en 4.6.5, onder b, sub 2, van de planregels, in strijd met artikel 3:2 van de Awb is vastgesteld.
8. De Afdeling heeft de raad in de gelegenheid gesteld om dit gebrek te herstellen. Daartoe heeft zij de raad opgedragen met een zorgvuldige voorbereiding en deugdelijke onderbouwing artikel 4, leden 4.4.9, onder b, sub 2, en 4.6.5, onder b, sub 2, van de planregels opnieuw vast te stellen en daarin te bepalen welke perifere detailhandelsvestigingen mogen uitbreiden en in welke mate.
Herstelbesluit van 16 februari 2016
9. Bij het herstelbesluit van 16 februari 2016 heeft de raad artikel 4, leden 4.4.9, onder b, sub 2 en 4.6.5, onder b, sub 2, van de planregels gewijzigd. Daarmee is in de bouw- en gebruiksregels onder meer geregeld dat bij uitbreiding van perifere auto-, boten- of caravans- en tentendetailhandelsvestigingen de totale oppervlakte aan bedrijfsgebouwen maximaal 80% van het bouwperceel mag bedragen.
10. Ingevolge artikel 6:19, eerste lid, van de Awb hebben de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen van rechtswege mede betrekking op het herstelbesluit van 16 februari 2016. [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen hebben in hun onderscheidene zienswijzen te kennen gegeven dat zij zich met dat besluit kunnen verenigen. Gelet hierop moeten de van rechtswege ontstane beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen geacht worden te zijn ingetrokken.
Conclusie
11. Gelet op hetgeen de Afdeling in de tussenuitspraak van 17 september 2014 heeft overwogen zijn de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen tegen het besluit van 25 juni 2013 gegrond. Dat besluit dient te worden vernietigd, voor zover daarin niet een regeling voor uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel en/of perifere detailhandel is opgenomen.
12. Gelet op hetgeen de Afdeling in de tussenuitspraak van 25 november 2015 heeft overwogen zijn de beroepen van [appellant sub 1] en anderen en Auto Italia en anderen tegen het besluit van 9 december 2014 gegrond. Dat besluit dient te worden vernietigd voor zover dat ziet op de vaststelling van artikel 4, leden 4.4.9, onder b, sub 2, en 4.6.5, onder b, sub 2, van de planregels.
Proceskosten
13. De raad dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
Uitleg van deze uitspraak
14. Het voorgaande komt erop neer dat het bestemmingsplan "Bedrijventerrein Deurne, Zuid en West", zoals vastgesteld bij besluit van 16 februari 2016, in stand blijft.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. verklaart de beroepen van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Autobedrijf [appellant sub 1] en anderen en de vennootschap onder firma Auto Italia V.O.F. en anderen tegen het besluit van 25 juni 2013 gegrond;
II. vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Deurne van
III. 25 juni 2013, nr. 42a, voor zover daarin niet een regeling voor uitbreidingsmogelijkheden voor detailhandel en/of perifere detailhandel is opgenomen;
IV. verklaart de beroepen van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Autobedrijf [appellant sub 1] en anderen en de vennootschap onder firma Auto Italia V.O.F. en anderen tegen het besluit van 9 december 2014 gegrond;
V. vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Deurne van 9 december 2014, nr. 92a, voor zover dat ziet op de vaststelling van artikel 4, leden 4.4.9, onder b, sub 2, en 4.6.5, onder b, sub 2, van de planregels;
VI. veroordeelt de raad van de gemeente Deurne tot vergoeding van bij de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Autobedrijf [appellant sub 1] en anderen in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 2.232,00 (zegge: tweeduizend tweehonderdtweeëndertig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de andere;
VII. veroordeelt de raad van de gemeente Deurne tot vergoeding van bij de vennootschap onder firma Auto Italia V.O.F. en anderen in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 2.232,00 (zegge: tweeduizend tweehonderdtweeëndertig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de andere;
VIII. gelast dat de raad van de gemeente Deurne aan appellanten het door hen voor de behandeling van de beroepen betaalde griffierecht vergoedt ten bedrage van:
a. € 318,00 (zegge: driehonderdachttien euro) voor de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Autobedrijf [appellant sub 1] en anderen, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de andere;
b. € 318,00 (zegge: driehonderdachttien euro) voor de vennootschap onder firma Auto Italia V.O.F. en anderen, met dien verstande dat betaling aan een van hen bevrijdend werkt ten opzichte van de andere.
Aldus vastgesteld door mr. J.A. Hagen, voorzitter, en mr. S.J.E. Horstink-von Meyenfeldt en mr. J. Kramer, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.F.N. Pikart-van den Berg, griffier.
w.g. Hagen
voorzitter
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
Uitgesproken in het openbaar op 1 juni 2016
350-813.