ECLI:NL:RVS:2016:1045
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.D.M. van Diepenbeek
- R.J.J.M. Pans
- G.T.J.M. Jurgens
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen hogere waarden geluidsbelasting voor woningen aan de Vrachelsestraat
Op 20 april 2016 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak tussen de vereniging Leefbaarheidswerkgroep Den Hout en het college van burgemeester en wethouders van Oosterhout. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van 21 april 2015, waarbij het college hogere waarden heeft vastgesteld voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting vanwege wegverkeer voor zes te bouwen woningen aan de Vrachelsestraat. De vereniging Den Hout betwistte de geluidsbelasting die de nieuwe woningen zouden veroorzaken en stelde dat de woningen verder naar achteren geplaatst en in een kleiner aantal met een kleiner bouwvolume gerealiseerd moesten worden om de geluidsbelasting te beperken. Daarnaast werd betwist dat de kosten voor aanpassing van het wegdek voor geluidsreductie niet in verhouding stonden tot de te bouwen woningen.
De Afdeling heeft de zaak op 4 februari 2016 ter zitting behandeld. De vereniging Den Hout was vertegenwoordigd door A. Eland en A. Jongevos, terwijl het college werd vertegenwoordigd door ing. S.B. Snoeren en ing. R.K. Janssen. De Afdeling oordeelde dat de vereniging Den Hout niet aannemelijk heeft gemaakt dat de geluidsbelasting op de bestaande woningen als gevolg van geluidsreflectie onaanvaardbaar zou zijn. De Afdeling concludeerde dat de regeling in de Wet geluidhinder niet strekt tot bescherming van de belangen van de vereniging Den Hout, aangezien deze zich verzet tegen de komst van de nieuwe woningen. Daarom werd het beroep ongegrond verklaard.
De uitspraak benadrukt het belang van de relatie tussen beroepsgronden en de belangen van de appellant, zoals vastgelegd in artikel 8:69a van de Algemene wet bestuursrecht. De Afdeling heeft geoordeeld dat de vereniging Den Hout niet kon aantonen dat de geluidsbelasting op de bestaande woningen onaanvaardbaar zou zijn, en heeft het beroep ongegrond verklaard.