ECLI:NL:RVS:2015:4086
Raad van State
- Hoger beroep
- N. Verheij
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen terugkeerbesluit van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vreemdeling tegen een terugkeerbesluit van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, waarbij de vreemdeling werd opgedragen de Europese Unie onmiddellijk te verlaten. Het terugkeerbesluit is genomen op 8 mei 2015 en is aangevochten door de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. J.M. Tang, advocaat te Rotterdam. De rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, heeft op 17 juni 2015 het beroep van de vreemdeling niet-ontvankelijk verklaard. De vreemdeling heeft hiertegen hoger beroep ingesteld.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in haar uitspraak van 21 augustus 2015 geoordeeld dat de vreemdeling belang had bij een inhoudelijke beoordeling van haar beroep, ondanks de uitzetting naar Brazilië. De rechtbank had dit niet onderkend, waardoor de enige grief van de vreemdeling slaagde. Het hoger beroep is kennelijk gegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank is vernietigd. De zaak is terugverwezen naar de rechtbank voor verdere behandeling, waarbij de rechtbank moet beslissen over de proceskosten en het verzoek om schadevergoeding.
De Raad van State heeft de proceskosten in hoger beroep vastgesteld op € 490,00 en het griffierecht van € 248,00 dat door de vreemdeling was betaald, zal worden terugbetaald. De uitspraak is openbaar gedaan op 21 augustus 2015.