201403614/2/R3.
Datum uitspraak: 16 december 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te Oss,
appellant,
en
de raad van de gemeente Oss,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 6 februari 2014 heeft de raad het bestemmingsplan en het exploitatieplan "Bedrijventerrein Vorstengrafdonk - Oss - 2013" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft [appellant] beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
[appellant] en de raad hebben nadere stukken ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 maart 2015, waar [appellant], bijgestaan door mr. J.C. Binnerts, advocaat te Haarlem, en de raad, vertegenwoordigd door mr. P. Huijs en W. van de Wiel, beiden werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts zijn ing. A. van Gellicum, taxateur bij de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Kendes Rentmeesters & Adviseurs B.V., Th. van der Heijden, adviseur bij de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Van der Heijden Grondbeleid B.V. en P. Tulner, adviseur bij P. Tulner Advies, als deskundigen aan de zijde van de raad verschenen.
Bij tussenuitspraak van 29 april 2015 in zaak nr. 201403614/1/R3 heeft de Afdeling de raad opgedragen om binnen twintig weken na verzending van de tussenuitspraak met inachtneming van hetgeen daarin is overwogen het gebrek in het besluit van 6 februari 2014 te herstellen. Deze tussenuitspraak is aangehecht.
Bij brief van 5 oktober 2015 heeft de raad meegedeeld dat bij besluit van 17 september 2015 een nieuw exploitatieplan is vastgesteld teneinde het gebrek dat in de tussenuitspraak is geconstateerd, te herstellen.
Daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft [appellant] een zienswijze naar voren gebracht.
De Afdeling heeft bepaald dat een nadere zitting achterwege blijft. Vervolgens heeft de Afdeling het onderzoek gesloten.
Overwegingen
Het besluit van 6 februari 2014
1. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling in overweging 6.2 geconcludeerd dat het bestemmingsplan en het exploitatieplan wat betreft het voorzien in bouwwerken op gronden die in het bestemmingsplan zijn bestemd als "Groen", respectievelijk op de ruimtegebruikskaart bij het exploitatieplan zijn aangegeven als "Groen" niet overeenkwamen, hetgeen niet de bedoeling van de raad was.
Verder heeft de Afdeling in overweging 10.3 overwogen dat onduidelijk is in hoeverre de kosten voor de opwaardering van de N329 kunnen worden toegerekend aan de ontwikkeling van het deel van het bedrijventerrein Vorstengrafdonk voor zover het exploitatieplan daar op ziet.
2. Gelet op hetgeen is overwogen in de tussenuitspraak ziet de Afdeling aanleiding voor het oordeel dat het besluit van 6 februari 2014, voor zover daarbij het exploitatieplan "Bedrijventerrein Vorstengrafdonk - Oss - 2013" is vastgesteld in strijd met artikel 3:2 en artikel 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). Het beroep van [appellant] tegen dit besluit, voor zover daarbij het bovengenoemde exploitatieplan is vastgesteld, is gegrond. Het besluit van 6 februari 2014, voor zover daarbij dat exploitatieplan is vastgesteld, dient te worden vernietigd.
Het besluit van 17 september 2015
3. Ingevolge artikel 6:19, eerste lid, van de Awb heeft het bezwaar of beroep van rechtswege mede betrekking op een besluit tot intrekking, wijziging of vervanging van het bestreden besluit, tenzij partijen daarbij onvoldoende belang hebben.
Het besluit van 17 september 2015 is een besluit tot vervanging van het besluit van 6 februari 2014. Ingevolge artikel 6:19, eerste lid, van de Awb is het besluit van 17 september 2015 daarom onderdeel van dit geding. Het beroep van [appellant] is van rechtswege gericht tegen dit besluit.
4. [appellant] heeft in zijn zienswijze te kennen gegeven dat hij zich met het besluit van 17 september 2015 kan verenigen. Gelet hierop moet het van rechtswege ontstane beroep van [appellant] tegen dit besluit geacht worden te zijn ingetrokken en is het besluit van 17 september 2015 daarmee onherroepelijk geworden.
Proceskosten
5. De raad dient op de hierna te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. verklaart het beroep tegen het besluit van 6 februari 2014, voor zover daarbij het exploitatieplan "Bedrijventerrein Vorstengrafdonk - Oss - 2013" is vastgesteld, gegrond;
II. vernietigt het besluit van 6 februari 2014, voor zover daarbij het exploitatieplan "Bedrijventerrein Vorstengrafdonk - Oss - 2013" is vastgesteld;
III. veroordeelt de raad van de gemeente Oss tot vergoeding van bij [appellant] in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 1.268,84 (zegge: twaalfhonderdachtenzestig euro en vierentachtig cent), waarvan € 1.225,00 is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
IV. gelast dat de raad van de gemeente Oss aan [appellant] het door hem voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 165,00 (zegge: honderdvijfenzestig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. J.E.M. Polak, voorzitter, en mr. P.J.J. van Buuren en mr. J. Hoekstra, leden, in tegenwoordigheid van mr. W.S. van Helvoort, griffier.
w.g. Polak
voorzitter
De griffier is verhinderd de uitspraak te ondertekenen.
Uitgesproken in het openbaar op 16 december 2015
361.