ECLI:NL:RVS:2015:3654

Raad van State

Datum uitspraak
17 november 2015
Publicatiedatum
25 november 2015
Zaaknummer
201503031/2/A3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van een staatsraad in bestuursrechtelijke procedure

Op 6 november 2015 heeft [verzoeker] een verzoek tot wraking ingediend tegen mr. J. Hoekstra, lid van de enkelvoudige kamer van de Raad van State, in verband met de behandeling van de zaak met nummer 201503031/1/A3. Het verzoek is op 17 november 2015 ter openbare zitting behandeld, waarbij [verzoeker] is gehoord, maar de staatsraad heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om zich te verantwoorden. De Afdeling heeft het verzoek om wraking afgewezen, waarbij zij heeft overwogen dat de stellingen van [verzoeker] over vooringenomenheid van de staatsraad niet voldoende zijn om aan te nemen dat de onpartijdigheid van de staatsraad in het geding is. De Afdeling heeft benadrukt dat de wrakingsprocedure niet bedoeld is als rechtsmiddel tegen procesbeslissingen en dat de door [verzoeker] aangevoerde omstandigheden geen grond bieden voor de conclusie dat er sprake is van vooringenomenheid of de schijn daarvan. De beslissing is openbaar uitgesproken door de voorzitter en de leden van de Afdeling, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

201503031/2/A3.
Datum beslissing: 17 november 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
PROCES-VERBAAL van de mondelinge beslissing met overeenkomstige toepassing van artikel 8:67 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op een verzoek van:
[verzoeker], wonend te [woonplaats],
om toepassing van artikel 8:15 van de Awb.
Procesverloop
Bij brief van 6 november 2015 ingekomen bij de Raad van State op dezelfde datum, heeft [verzoeker] verzocht om wraking van mr. J. Hoekstra (hierna: de staatsraad) als lid van de enkelvoudige kamer belast met de behandeling van deze zaak nr. 201503031/1/A3.
[verzoeker] heeft nadien nog stukken ingezonden.
De staatsraad heeft niet in de wraking berust.
De Afdeling heeft het wrakingsverzoek op 17 november 2015 ter openbare zitting behandeld, waar [verzoeker] is gehoord.
De staatsraad heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid te worden gehoord.
Beslissing
Bij mondelinge beslissing van 17 november 2015 heeft de Afdeling het verzoek om toepassing van artikel 8:15 van de Awb afgewezen. Daartoe heeft zij het volgende overwogen.
Overweging
1. Ingevolge artikel 8:15 van de Awb kan op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2. [verzoeker] betoogt dat de staatsraad vooringenomen is, omdat de Afdeling niet heeft opgetreden tegen onregelmatigheden van de rechtbank. Deze onregelmatigheden zijn onder meer het opzettelijk niet heropenen van het onderzoek van de rechtbank en het opzettelijk foutief weergeven van het proces-verbaal van de zitting van de rechtbank. Ook is de staatsraad vooringenomen omdat hij voeging heeft geweigerd van zaak nr. 201503031/1/A3 en een zaak die hij bij de rechtbank aanhangig heeft gemaakt, aldus [verzoeker]. Die laatste zaak is essentieel voor een goed begrip van zaak nr. 201503031/1/A3.
2.1. Het verzoek berust onder meer op de stelling dat de staatsraad vooringenomen is omdat deze voeging heeft geweigerd van zaak nr. 201503031/1/A3 en een zaak die [verzoeker] bij de rechtbank aanhangig heeft gemaakt en omdat de staatsraad opzettelijk het onderzoek van de rechtbank niet heeft doen heropenen. De beslissingen van de staatsraad als door [verzoeker] kenbaar gemaakt, zijn procesbeslissingen. De vraag of die procesbeslissingen al dan niet juist zijn, staat niet ter beoordeling in de wrakingsprocedure, nu deze procedure niet is bedoeld als rechtsmiddel tegen procesbeslissingen. Het enkele feit dat de beslissingen zijn genomen, maakt niet dat sprake is van vooringenomenheid. Ook de overige omstandigheden die [verzoeker] heeft verder gesteld, daargelaten de juistheid ervan, bieden geen grond om vooringenomenheid of schijn van vooringenomenheid van de staatsraad bij de behandeling van zaak nr. 201503031/1/A3 aan te nemen.
Aldus uitgesproken in het openbaar door mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, voorzitter, en mr. A.W.M. Bijloos en mr. Y.E.M.A. Timmerman-Buck, leden, in tegenwoordigheid van mr. J.J. Reuveny, griffier.
w.g. Van der Beek-Gillessen w.g. Reuveny
voorzitter griffier
622.