ECLI:NL:RVS:2015:3164
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen bouwvergunning voor wijziging magazijn in Weert
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van de rechtbank Limburg van 2 februari 2015, waarin het beroep tegen de verlening van een bouwvergunning door het college van burgemeester en wethouders van Weert ongegrond werd verklaard. De bouwvergunning, verleend op 15 oktober 2009, betreft de wijziging van een bestaand magazijn op een perceel in Weert. Het college had de bouwvergunning verleend na toetsing aan het bestemmingsplan "Binnenstad". In een later besluit van 11 maart 2014 verklaarde het college het bezwaar van [appellant] ongegrond, waarbij het de bouwvergunning in stand hield, omdat het bouwplan in overeenstemming was met het geldende bestemmingsplan "Binnenstad 2009".
Tijdens de zitting op 9 september 2015, waar [appellant] werd bijgestaan door zijn advocaat mr. E.H.C.K. Reijans, en het college vertegenwoordigd was door mr. P.A.P.J. Hecker, werd het hoger beroep behandeld. [appellant] betoogde dat de overwegingen van de rechtbank innerlijk tegenstrijdig waren, omdat de rechtbank had geoordeeld dat het bouwplan niet in strijd was met het planologische regime, terwijl in een eerdere uitspraak van de rechtbank Roermond was gesteld dat de verdiepingsvloer in strijd was met het planologische regime. De rechtbank had echter in haar uitspraak de relevante eerdere uitspraak betrokken, maar oordeelde dat de verdiepingsvloer in deze zaak niet in strijd was met het bestemmingsplan.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het hoger beroep ongegrond verklaard en de uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 14 oktober 2015.