ECLI:NL:RVS:2015:2788

Raad van State

Datum uitspraak
13 juli 2015
Publicatiedatum
2 september 2015
Zaaknummer
201410379/3/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Rechters
  • Th.C. van Sloten
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep van de medezeggenschapsraad van basisschool 't Pannesjop tegen bestemmingsplan BMV MSP

In deze zaak heeft de medezeggenschapsraad van basisschool 't Pannesjop, gevestigd te Heerlen, beroep ingesteld tegen het besluit van de raad van de gemeente Heerlen van 30 september 2014, waarin het bestemmingsplan "BMV MSP" werd vastgesteld. De medezeggenschapsraad betoogt dat hij als belanghebbende kan worden aangemerkt, omdat het bestemmingsplan voorziet in de verplaatsing van de basisschool en de samenvoeging met de basisschool Theo Thijssen. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak na vereenvoudigde behandeling beoordeeld.

De Afdeling heeft vastgesteld dat de medezeggenschapsraad geen formele machtiging heeft van de stichting Innovo, waartoe de basisschool behoort, om beroep in te stellen. De medezeggenschapsraad heeft geen bewijs geleverd dat hij zelfstandig belang heeft bij het besluit van de raad. De Afdeling oordeelt dat de medezeggenschapsraad niet kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit betekent dat het beroep van de medezeggenschapsraad niet-ontvankelijk is verklaard.

De uitspraak is gedaan door mr. Th.C. van Sloten, lid van de enkelvoudige kamer, en is openbaar uitgesproken op 13 juli 2015. De medezeggenschapsraad heeft de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak, mits dit schriftelijk en binnen zes weken na verzending van de uitspraak gebeurt. De redenen voor het verzet moeten in het verzetschrift worden vermeld, en indien gewenst kan de indiener worden gehoord over het verzet.

Uitspraak

201410379/3/R1.
Datum uitspraak: 13 juli 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) in het geding tussen:
De medezeggenschapsraad van basisschool 't Pannesjop, gevestigd te Heerlen,
appellant,
en
de raad van de gemeente Heerlen,
verweerder.
Procesverloop
De medezeggenschapsraad heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de raad van 30 september 2014 tot vaststelling van het bestemmingsplan "BMV MSP".
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
Overwegingen
1. Ingevolge artikel 8:1 van de Awb, in samenhang gelezen met artikel 8:6 van de Awb en artikel 2 van bijlage 2 bij de Awb kan door een belanghebbende beroep bij de Afdeling worden ingesteld tegen een besluit als het aan de orde zijnde.
2. In beroep richt de medezeggenschapsraad zich tegen de op basis van het bestemmingsplan BMV MSP nieuw te bouwen Brede Maatschappelijke Voorziening, waarin is voorzien in verplaatsing van de basisschool 't Pannesjop en samenvoeging met de basisschool Theo Thijssen.
3. Bij brief van 14 april 2015 heeft de Afdeling aan de medezeggenschapsraad verzocht aan te tonen dat hij als belanghebbende kan worden aangemerkt. Bij brief van 2 mei 2015 heeft de medezeggenschapsraad om uitstel verzocht en daarbij gewezen op zijn pleitnota van 10 februari 2015 voor de behandeling van zijn verzoek om een voorlopige voorziening. Bij brief van 7 mei 2015 heeft de Afdeling aan de medezeggenschapsraad hiertoe uitstel verleend tot en met 1 juni 2015. De medezeggenschapsraad heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.
4. Uit de pleitnotitie van de medezeggenschapsraad blijkt dat hij zijn belang bij het bestemmingsplan baseert op de Wet medezeggenschap op scholen en het reglement van het schoolbestuur. Omdat het schoolbestuur nooit formele stukken heeft voorgelegd met betrekking tot de fusieplannen en de medezeggenschapsraad niet heeft betrokken bij de totstandkoming van de samenwerkingsovereenkomst betrekt de medezeggenschapsraad zichzelf bij de planprocedure, aangezien het schoolbestuur het hier laat afweten, aldus de medezeggenschapsraad.
5. In de statuten van de onderwijskoepel Innovo, Stichting voor Katholiek Onderwijs te Heerlen (hierna: de stichting), waartoe de basisschool 't Pannesjop behoort, wordt geen voorziening aangetroffen voor vertegenwoordiging van de stichting door de medezeggenschapsraad, terwijl de Afdeling van een eigen, zelfstandig belang van de medezeggenschapsraad bij het besluit van 30 september 2014 niet is gebleken. De door de medezeggenschapsraad overgelegde machtiging van de waarnemend directeur van basisschool 't Pannesjop van 29 december 2014, wat daarvan ook zij, is niet heel duidelijk en ziet niet specifiek op het vertegenwoordigen van de basisschool 't Pannesjop in procedures. Gelet hierop en op de inhoud van de pleitnotitie van de medezeggenschapsraad van 10 februari 2015, in onderling verband bezien, gaat de Afdeling ervan uit dat de medezeggenschapsraad niet beschikt over een machtiging van de stichting om beroep aan te tekenen tegen het in geding zijnde bestemmingsplan. Het betoog van de medezeggenschapsraad dat hij bij de behandeling van zijn inspraakreactie en zienswijze door de gemeente wel als belanghebbende is aangemerkt faalt. Ingevolge artikel 150 van de Gemeentewet en artikel 3.8, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wet ruimtelijke ordening kan krachtens de gemeentelijke inspraakverordening met toepassing van afdeling 3.4 van de Awb naast belanghebbenden ook door ingezetenen een inspraakreactie worden gegeven, respectievelijk door een ieder zienswijzen omtrent het ontwerp bij de gemeenteraad naar voren worden gebracht. Deze bevoegdheid staat dus los van die van het instellen van beroep door een belanghebbende.
6. Gelet op het voorgaande oordeelt de Afdeling dat de medezeggenschapsraad geen belanghebbende is bij het besluit van 30 september 2014 tot vaststelling van het bestemmingsplan "BMV MSP" als bedoeld in artikel 1:2, eerste lid, van de Awb en dat hij daartegen ingevolge artikel 8:1 van de Awb, in samenhang gelezen met artikel 8:6 van de Awb en artikel 2 van bijlage 2 bij de Awb geen beroep kan instellen.
7. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk.
8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. Th.C. van Sloten, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. J.J. den Broeder, griffier.
w.g. Van Sloten w.g. Den Broeder
lid van de enkelvoudige kamer griffier
Uitgesproken in het openbaar op 13 juli 2015
Tegen deze uitspraak kan verzet worden gedaan bij de Afdeling (artikel 8:55 van de Awb).
- Verzet dient schriftelijk en binnen zes weken na verzending van deze uitspraak te worden gedaan.
- In het verzetschrift moeten de redenen worden vermeld waarom de indiener het niet eens is met de gronden waarop de beslissing is gebaseerd.
- Indien de indiener over het verzet door de Afdeling wenst te worden gehoord, dient dit in het verzetschrift te worden gevraagd. Het horen gebeurt dan uitsluitend over het verzet.
341-209.