201504741/2/R1.
Datum uitspraak: 23 juli 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op de verzoeken om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
1. [verzoeker sub 1], wonend te Staphorst,
2. [verzoeker sub 2], wonend te Staphorst,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Staphorst,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 7 april 2015 heeft de raad het bestemmingsplan "De Streek, partiële herziening Van der Walstraat" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2] beroep ingesteld.
[verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2] hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
Daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft [belanghebbende] een schriftelijke uiteenzetting gegeven.
[verzoeker sub 1], [verzoeker sub 2], de raad en [belanghebbende] hebben nadere stukken ingediend.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken ter zitting behandeld op 14 juli 2015. Partijen zijn niet ter zitting verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Het plan is een partiële herziening en voorziet in een bouwmogelijkheid voor een woning op het perceel [locatie] te Staphorst.
3. [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2] kunnen zich niet verenigen met deze bouwmogelijkheid en voeren in dit kader onder meer aan dat het plan niet in overeenstemming is met het gemeentelijk beleid ten aanzien van het zogenoemde ‘wonen aan de steeg’, een karakteristieke vorm van bouwen en wonen in Staphorst.
4. [belanghebbende], de initiatiefnemer van het plan, heeft een omgevingsvergunning voor bouwen aangevraagd. Hij heeft te kennen gegeven dat hij geen bouwactiviteiten zal ondernemen tot uitspraak is gedaan op de beroepen en aangegeven dat hij kan instemmen met het toewijzen van de verzoeken van [verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2] om het treffen van een voorlopige voorziening. Ook de raad heeft te kennen gegeven dat hij kan instemmen met het toewijzen van de verzoeken.
5. Gelet op het vorenstaande ziet de voorzieningenrechter aanleiding de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.
6. De raad dient op na te melden wijze tot vergoeding van de proceskosten te worden veroordeeld.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I. schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van de raad van de gemeente Staphorst van 7 april 2015;
II. veroordeelt de raad van de gemeente Staphorst tot vergoeding van bij [verzoeker sub 1] in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 490,00 (zegge: vierhonderdnegentig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand; veroordeelt de raad van de gemeente Staphorst tot vergoeding van bij [verzoeker sub 2] in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 490,00 (zegge: vierhonderdnegentig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
III. gelast dat de raad van de gemeente Staphorst aan verzoekers het door hen voor de behandeling van de verzoeken betaalde griffierecht ten bedrage van € 167,00 (zegge: honderdzevenenzestig euro) voor [verzoeker sub 1] en € 167,00 (zegge: honderdzevenenzestig euro) voor [verzoeker sub 2] vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. M.G.J. Parkins-de Vin, als voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. P.A. Melse, griffier.
w.g. Parkins-de Vin w.g. Melse
voorzieningenrechter griffier
Uitgesproken in het openbaar op 23 juli 2015
191-667.