ECLI:NL:RVS:2015:218

Raad van State

Datum uitspraak
16 januari 2015
Publicatiedatum
28 januari 2015
Zaaknummer
201500460/1/V2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • H. Troostwijk
  • O. van Loon
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing aanvraag verblijfsvergunning asiel en verzoek voorlopige voorziening

Op 8 december 2014 heeft de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam. Op 24 december 2014 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard. De vreemdeling heeft vervolgens hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 16 januari 2015 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter overweegt dat op het moment van indienen van het verzoek om een voorlopige voorziening, er al een uitspraak was gedaan in het hoger beroep van de vreemdeling in een andere zaak. Hierdoor was er geen sprake meer van een geding, wat leidde tot de conclusie dat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk was.

De voorzieningenrechter heeft besloten het verzoek niet-ontvankelijk te verklaren en heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 16 januari 2015, waarbij mr. H. Troostwijk als voorzieningenrechter en mr. O. van Loon als griffier aanwezig waren. De zaak betreft bestuursrecht en vreemdelingenrecht, en is geregistreerd onder nummer 201500460/1/V2.

Uitspraak

201500460/1/V2.
Datum uitspraak: 16 januari 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht), met toepassing van artikel 8:83, derde lid, van die wet, van:
[de vreemdeling],
Procesverloop
Bij besluit van 8 december 2014 heeft de staatssecretaris een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen afgewezen.
Bij uitspraak van 24 december 2014 heeft de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Amsterdam, voor zover thans van belang, het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling hoger beroep ingesteld.
Voorts heeft hij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Overwegingen
1. Op het moment dat het verzoek om een voorlopige voorziening is ingediend, had de Afdeling bij uitspraak van heden in zaak nr. 201410678/1/V2, reeds op het hoger beroep van de vreemdeling beslist. Derhalve is geen sprake meer van een geding.
2. Het verzoek is derhalve kennelijk niet-ontvankelijk.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart het verzoek niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. H. Troostwijk, als voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. O. van Loon.
w.g. Troostwijk w.g. Van Loon
voorzieningenrechter griffier Uitgesproken in het openbaar op 16 januari 2015
284.