ECLI:NL:RVS:2014:4015

Raad van State

Datum uitspraak
28 oktober 2014
Publicatiedatum
5 november 2014
Zaaknummer
201406413/2/R6
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • Th.C. van Sloten
  • A.J. Kuipers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening tegen bestemmingsplan Zundert

Op 27 mei 2014 heeft de raad van de gemeente Zundert het bestemmingsplan "Burgemeester Manderslaan 8 te Zundert" vastgesteld. Hiertegen hebben verzoekers, [verzoeker A] en [verzoeker B], beiden wonend te Zundert, beroep ingesteld. Zij hebben de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, omdat zij vrezen dat de bouwwerkzaamheden die met het bestemmingsplan gepaard gaan, schadelijk zullen zijn voor ter plaatse aangetroffen archeologische resten. De voorzitter heeft het verzoek op 14 oktober 2014 ter zitting behandeld, waarbij partijen niet verschenen. De voorzitter heeft overwogen dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. De raad heeft toegezegd dat er niet met de ontwikkeling van de locatie zal worden gestart voordat de Afdeling uitspraak heeft gedaan in de bodemprocedure. Gezien deze toezegging acht de voorzitter het niet aannemelijk dat er voor de uitspraak werkzaamheden zullen plaatsvinden die een spoedeisend belang rechtvaardigen voor het treffen van een voorlopige voorziening. Daarom heeft de voorzitter het verzoek afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 28 oktober 2014.

Uitspraak

201406413/2/R6.
Datum uitspraak: 28 oktober 2014
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:
[verzoeker A] en [verzoeker B], beiden wonend te Zundert,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Zundert,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 27 mei 2014 heeft de raad het bestemmingsplan "Burgemeester Manderslaan 8 te Zundert" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben [verzoeker A] en [verzoeker B] beroep ingesteld.
[verzoeker A] en [verzoeker B] hebben de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De raad heeft een nader stuk ingediend.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 14 oktober 2014. Partijen zijn, met bericht, niet verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Het plan voorziet in de bouw van 23 woningen ter plaatse van de Burgemeester Manderslaan 8 te Zundert.
3. Met de verzoeken beogen [verzoeker A] en [verzoeker B] te voorkomen dat wordt begonnen met de bouwwerkzaamheden, onder meer omdat zij vrezen dat ter plaatse aangetroffen archeologische resten verloren zullen gaan.
4. De raad heeft toegezegd dat niet met de ontwikkeling van de locatie wordt gestart vóór de Afdeling uitspraak heeft gedaan in de bodemprocedure.
5. Gelet op de toezegging van de raad acht de voorzitter het niet aannemelijk dat voor de datum waarop de Afdeling uitspraak doet in de bodemprocedure werkzaamheden zullen plaatsvinden die maken dat met het verzoek een spoedeisend belang is gemoeid dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt. Daarbij betrekt de voorzitter dat de hoofdzaak op korte termijn op zitting wordt behandeld.
6. Het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening dient te worden afgewezen.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. Th.C. van Sloten, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Kuipers, griffier.
w.g. Van Sloten w.g. Kuipers
voorzitter griffier
Uitgesproken in het openbaar op 28 oktober 2014
271-786.