ECLI:NL:RVS:2014:286
Raad van State
- Hoger beroep
- R.W.L. Loeb
- A. Hammerstein
- C.M. Wissels
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vergunning exploitatie bedrijf door burgemeester Dordrecht
Op 5 februari 2014 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in het hoger beroep van [appellant] tegen de burgemeester van Dordrecht. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag voor een vergunning voor de exploitatie van [bedrijf] aan de [locatie] te Dordrecht. De burgemeester had op 22 december 2011 de aanvraag afgewezen, waarna [appellant] bezwaar maakte. Dit bezwaar werd op 30 mei 2012 ongegrond verklaard. Vervolgens heeft de rechtbank Dordrecht op 18 december 2012 het beroep van [appellant] tegen deze beslissing ongegrond verklaard. Hierop heeft [appellant] hoger beroep ingesteld bij de Raad van State.
Tijdens de zitting op 7 januari 2014 heeft [appellant] zijn standpunt toegelicht, waarbij hij betoogde dat het onderzoek dat door het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur was uitgevoerd, in strijd was met de onschuldpresumptie. Hij stelde dat hij valselijk werd beschuldigd van overtredingen van de Opiumwet en het witwassen van crimineel verdiende gelden. Tevens verwees hij naar een eerdere vergunning die aan [belanghebbende] was verleend voor de exploitatie van hetzelfde bedrijf.
De Afdeling heeft de argumenten van [appellant] beoordeeld, maar oordeelde dat deze geen aanleiding gaven om de eerdere uitspraak van de rechtbank te vernietigen. De Afdeling bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De beslissing werd genomen door de voorzitter en twee leden van de Afdeling, in aanwezigheid van een ambtenaar van staat.