ECLI:NL:RVS:2014:2805
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan 'De Groendijck-Oost'
Op 5 maart 2014 heeft de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk het bestemmingsplan 'De Groendijck-Oost' vastgesteld. Tegen dit besluit hebben verzoekers A en B, beiden wonend in Driebruggen, beroep ingesteld. Zij hebben de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Dit verzoek is behandeld op 8 juli 2014, waarbij de verzoekers werden vertegenwoordigd door mr. J.C. Blonk en de raad door mr. Th. L. van Deursen en drs. E. van Dijk.
De voorzitter heeft overwogen dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. Het bestemmingsplan voorziet in de bouw van maximaal 86 woningen en een kerkgebouw. De raad heeft aangegeven dat de gronden binnen het plangebied grotendeels eigendom zijn van de gemeente, met uitzondering van enkele gronden die in bezit zijn van de Hersteld Hervormde Gemeente. De gemeente heeft geen bouw- of aanlegwerkzaamheden gepland, maar heeft afspraken gemaakt met een ontwikkelaar over de ontwikkeling van het plangebied.
De Hersteld Hervormde Gemeente en de ontwikkelaar hebben laten weten dat zij tot 1 december 2014 geen omgevingsvergunningen zullen aanvragen totdat de Afdeling uitspraak heeft gedaan op de beroepen tegen het bestemmingsplan. Hierdoor ontbreekt het spoedeisend belang voor het treffen van een voorlopige voorziening. De voorzitter heeft daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De beslissing is op 15 juli 2014 openbaar uitgesproken door de voorzitter, mr. J.A. Hagen, in tegenwoordigheid van mr. A. Bijleveld, ambtenaar van staat.