ECLI:NL:RVS:2014:2693
Raad van State
- Herziening
- B.J. van Ettekoven
- M.J. van der Zijpp
- Rechtspraak.nl
Herziening van een eerdere uitspraak in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 16 juli 2014 uitspraak gedaan op het verzoek van [verzoekster] om herziening van een eerdere uitspraak. De zaak betreft een hoger beroep dat door [verzoekster] was ingesteld tegen een mondelinge uitspraak van de rechtbank Oost-Nederland, die op 26 februari 2013 had plaatsgevonden. De rechtbank had in die uitspraak het beroep van [verzoekster] ongegrond verklaard. De Afdeling had eerder, op 9 oktober 2013, het hoger beroep van [verzoekster] tegen deze uitspraak eveneens ongegrond verklaard. Vervolgens had de Afdeling op 12 februari 2014 het verzoek van [verzoekster] om herziening van de uitspraak van 9 oktober 2013 afgewezen.
Op 19 maart 2014 heeft [verzoekster] opnieuw een verzoek tot herziening ingediend bij de Raad van State. Dit verzoek werd behandeld door een enkelvoudige kamer, nadat het eerder door een meervoudige kamer was verwezen. Tijdens de zitting op 22 mei 2014 was [verzoekster] aanwezig om haar standpunt toe te lichten.
De Afdeling overweegt dat de herzieningsprocedure niet bedoeld is om een eerder beslecht geschil opnieuw te voeren. De wet biedt de mogelijkheid om een onherroepelijke uitspraak te herzien, maar alleen als er nieuwe, doorslaggevende feiten zijn die niet eerder konden worden aangevoerd. In deze zaak zijn dergelijke feiten niet aanwezig, en daarom wordt het herzieningsverzoek afgewezen. De Afdeling benadrukt dat het indienen van meer vergelijkbare verzoeken niet zal leiden tot een ander resultaat. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.