201403079/2/R4.
Datum uitspraak: 26 juni 2014
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
De vereniging Vereniging van Eigenaren Koningin Wilhelminalaan 71 t/m 107 oneven te Gorinchem, gevestigd te Gorinchem,
verzoekster,
en
de raad van de gemeente Gorinchem,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 13 februari 2014 heeft de raad het bestemmingsplan "Haarwijk Noord" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer de VVE beroep ingesteld. De VVE heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 17 juni 2014, waar de VVE, vertegenwoordigd door M. Yildiz en P.C. Sonnenberg, bijgestaan door mr. A. Barada, werkzaam bij DAS rechtsbijstand, en de raad, vertegenwoordigd door R.H. Osenga en V. Buil, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts is ter zitting de vennootschap met beperkte aansprakelijkheid naar Duits recht Lidl Nederland GmbH, vertegenwoordigd door [gemachtigden], als partij gehoord.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Het plan voorziet in een juridisch-planologische regeling voor de wijk Haarwijk-Noord in Gorinchem. Het plan is hoofdzakelijk conserverend van aard.
3. De VVE richt zich tegen het plandeel met de bestemming "Gemengd - 1" voor het perceel aan de Koningin Wilhelminalaan 73. De VVE beoogt met haar verzoek onomkeerbare ontwikkelingen ten gevolge van de inwerkingtreding van het plan te voorkomen. De VVE betoogt dat de in het plan voorziene uitbreiding van de thans in het pand aanwezige supermarkt zal leiden tot een onaanvaardbare aantasting van het woon- en leefklimaat bij de woningen in het pand. Zij voert hiertoe aan dat de reeds aanwezige supermarkt voor veel geluidsoverlast zorgt.
4. Vast staat dat de supermarkt is gelegen in een omgeving waar woningen en andere functies zoals horeca, bedrijvigheid en winkels, op korte afstand van elkaar liggen. De raad heeft dit gebied terecht aangemerkt als een gemengd gebied, zoals bedoeld in de door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten uitgegeven brochure "Bedrijven en milieuzonering" (hierna: de VNG-brochure). De raad heeft zich voorts terecht op het standpunt gesteld dat op grond van de VNG-brochure in een dergelijk gebied een supermarkt direct naast woningen kan worden voorzien. Nu derhalve is voldaan aan de in de VNG-brochure opgenomen richtafstanden, heeft de raad zich naar het voorlopig oordeel van de voorzitter in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat geen sprake zal zijn van een onaanvaardbaar woon- en leefklimaat in de woningen van de VVE als gevolg van de voorziene supermarkt. De raad stelt voorts terecht dat de supermarkt zal moeten voldoen aan geluidsnormen opgenomen in het Activiteitenbesluit milieubeheer. Voor zover de VVE stelt dat de supermarkt zich geregeld niet houdt aan de hierin opgenomen voorschriften, geldt dat dit een kwestie van handhaving betreft. De raad heeft ter zitting toegelicht dat het college van burgemeester en wethouders zal optreden wanneer een overtreding van de supermarkt wordt geconstateerd.
4.1. In hetgeen de VVE overigens heeft aangevoerd, ziet de voorzitter evenmin aanknopingspunten voor de verwachting dat het bestreden besluit in de bodemprocedure geen stand zal houden.
5. Gelet op het voorgaande bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.
6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. J.C. Kranenburg, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. J. Schaaf, ambtenaar van staat.
w.g. Kranenburg w.g. Schaaf
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 26 juni 2014
523.