ECLI:NL:RVS:2014:2230
Raad van State
- Hoger beroep
- P.B.M.J. van der Beek-Gillessen
- M.M. van Driel
- Rechtspraak.nl
Weigering intrekking sloopvergunning door college aan stichting Woonstad Rotterdam
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 5 september 2013. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam had op 14 september 2012 geweigerd om de aan stichting Woonstad Rotterdam verleende sloopvergunning voor een pand in [plaats] in te trekken. [Appellant], die op dat moment huurder en bewoner van het pand was, verzocht om intrekking van de vergunning. Het college verklaarde het bezwaar van [appellant] ongegrond en handhaafde de sloopvergunning. De rechtbank Rotterdam verklaarde het beroep van [appellant] op 5 september 2013 ongegrond.
In hoger beroep heeft [appellant] zijn gronden tegen de uitspraak van de rechtbank aangevoerd. De stichting Woonstad Rotterdam heeft een schriftelijke uiteenzetting gegeven en het college heeft een verweerschrift ingediend. De zaak is op 19 mei 2014 ter zitting behandeld door een enkelvoudige kamer van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
De Afdeling overweegt dat [appellant] ten tijde van de besluiten van het college huurder was van het pand, maar in november 2013 is verhuisd. Hierdoor heeft [appellant] geen belang meer bij een oordeel over de door hem aangevoerde gronden tegen de uitspraak van de rechtbank. De Afdeling verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat de eerdere uitspraak van de rechtbank in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.