ECLI:NL:RVS:2014:149

Raad van State

Datum uitspraak
22 januari 2014
Publicatiedatum
22 januari 2014
Zaaknummer
201306715/1/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen bestemmingsplan Molenpolder niet-ontvankelijk verklaard

Op 22 januari 2014 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak tussen een appellant, wonend te Yerseke, en de raad van de gemeente Reimerswaal. De zaak betreft een beroep tegen het bestemmingsplan "Molenpolder", dat op 28 mei 2013 door de raad is vastgesteld. De appellant heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarbij hij betoogde dat het plan niet voorziet in een opslagvoorziening voor stromest ten behoeve van zijn veestapel en dat er een uitbreiding van de stal nodig is voor dierenwelzijn.

De raad van de gemeente Reimerswaal heeft in een verweerschrift gesteld dat het beroep van de appellant niet-ontvankelijk verklaard dient te worden. De raad voerde aan dat het beroep niet steunt op een zienswijze die de appellant naar voren heeft gebracht tijdens de procedure van het ontwerpplan. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft de zaak ter zitting behandeld op 27 november 2013, waar de appellant in persoon verscheen, terwijl de raad werd vertegenwoordigd door J.K. van Rooijen-van den Berg en C. Sinke-Sandee, beiden werkzaam bij de gemeente.

De Afdeling heeft overwogen dat ingevolge artikel 8:1 van de Algemene wet bestuursrecht, in samenhang met andere relevante artikelen, een belanghebbende geen beroep kan instellen tegen onderdelen van een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan waarover hij geen zienswijze heeft ingediend. Aangezien de appellant niet heeft aangetoond dat hem redelijkerwijs niet kan worden verweten dat hij dit heeft nagelaten, heeft de Afdeling het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 22 januari 2014.

Uitspraak

201306715/1/R2.
Datum uitspraak: 22 januari 2014
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te Yerseke, gemeente Reimerswaal,
en
de raad van de gemeente Reimerswaal,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 28 mei 2013 heeft de raad het bestemmingsplan "Molenpolder" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft [appellant] beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 27 november 2013, waar [appellant], in persoon, en de raad, vertegenwoordigd door J.K. van Rooijen-van den Berg en C. Sinke-Sandee, beiden werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
Overwegingen
1. [appellant] betoogt dat de raad in het plan ten onrechte niet heeft voorzien in een opslagvoorziening voor stromest ten behoeve van de eigen veestapel aansluitend achter de nieuw gebouwde stal en een uitbreiding van de stal met een stuk extra nieuwbouw ten behoeve van dierenwelzijn.
2. De raad stelt dat het beroep van [appellant] niet-ontvankelijk dient te worden verklaard.
3. Het beroep van [appellant] steunt niet op een bij de raad naar voren gebrachte zienswijze.
Ingevolge artikel 8:1 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), in samenhang gelezen met artikel 8:6 van de Awb en artikel 2 van bijlage 2 bij de Awb alsmede met artikel 6:13 van de Awb, kan door een belanghebbende geen beroep worden ingesteld tegen onderdelen van het besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan waarover hij tegen het ontwerpplan geen zienswijze naar voren heeft gebracht, tenzij hem redelijkerwijs niet kan worden verweten dit te hebben nagelaten. Deze omstandigheid doet zich niet voor. Het beroep is niet-ontvankelijk.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. J.A. Hagen, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. E.M. Ouwehand, ambtenaar van staat.
w.g. Hagen w.g. Ouwehand
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 22 januari 2014
224.