ECLI:NL:RVS:2013:BZ7584
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Hoekstra
- W.G. Timmerman
- Rechtspraak.nl
Bestemmingsplan Lombardijen vastgesteld door de gemeente Rotterdam
Op 28 juni 2012 heeft de raad van de gemeente Rotterdam het bestemmingsplan "Lombardijen" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft de appellant, wonend te Rotterdam, beroep ingesteld. De raad heeft een verweerschrift ingediend en de appellant heeft nadere stukken ingediend. De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige kamer. De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 12 maart 2013, waar de raad vertegenwoordigd was door mr. M. de Weger, werkzaam bij de gemeente, bijgestaan door ir. R.J.T.M. Volman.
Het bestemmingsplan is bedoeld als een actualisering van eerdere bestemmingsplannen en heeft een consoliderend karakter. In vergelijking met het ontwerpplan is het plan gewijzigd vastgesteld, onder andere naar aanleiding van een zienswijze van AM B.V. en AM Grondbedrijf B.V. De wijziging betreft de introductie van de bestemming "Woongebied" ter plaatse van "Vlek E", wat een verruiming van de bouwmogelijkheden met zich meebrengt. In het ontwerpplan waren op deze gronden bestemmingen "Wonen - 1" en "Tuin" voorzien.
De appellant is van mening dat de gewijzigde vaststelling van het plan zijn woongenot verslechtert, vooral wat betreft het uitzicht vanuit zijn woning. De raad heeft echter gesteld dat de verruiming van de bouwmogelijkheden de uniformiteit van het plan ten goede komt en dat de gevolgen voor de appellant niet onredelijk zijn, gezien de afstand tussen zijn woning en het bouwvlak.
De Afdeling heeft geoordeeld dat de appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat de gevolgen van de verruimde bouwmogelijkheden zodanig zijn dat de raad hieraan in redelijkheid een zwaarder gewicht had moeten toekennen dan aan het belang van de realisering van het plan. De Afdeling ziet geen aanleiding om te oordelen dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Het beroep van de appellant is ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.