201211728/3/R2.
Datum uitspraak: 22 augustus 2013
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek van de stichting Stichting Milieuwerkgroepen Ede, gevestigd te Bennekom, gemeente Ede, en anderen, om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) in het geding tussen onder meer:
de stichting Stichting Milieuwerkgroepen Ede, gevestigd te Bennekom, gemeente Ede, en anderen,
verzoekers,
en
de raad van de gemeente Ede,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 29 september 2012 heeft de raad het bestemmingsplan "Parklaan" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben onder andere Stichting Milieuwerkgroepen Ede en anderen beroep ingesteld.
Stichting Milieuwerkgroepen Ede en anderen hebben bij brief van 22 juli 2013 een verzoek om voorlopige voorziening ingediend.
Overwegingen
1. De voorzitter doet uitspraak zonder zitting.
2. Stichting Milieuwerkgroepen Ede en anderen kunnen zich niet verenigen met de vaststelling van het plan. Zij vrezen dat het plan al zal worden gerealiseerd voordat uitspraak is gedaan op de beroepen, hetgeen volgens hen onomkeerbare gevolgen heeft voor onder meer de betrokken natuurwaarden.
3. Uit de brief van de raad van 10 januari 2013 volgt dat hangende de beroepsprocedure geen uitvoering zal worden gegeven aan het plan. Anders dan Stichting Milieuwerkgroepen Ede en anderen menen is deze toezegging op de zitting van 9 juli 2013, alwaar onder meer het beroep van de stichting is behandeld, niet ingetrokken. De raad heeft slechts gesteld dat indien de Afdeling besluit tot schorsing van de behandeling van de beroepen in verband met de aan het Hof van Justitie van de Europese Unie bij uitspraak van 7 november 2012, nr. 201110075/1/R4 en 201201853/1/R4 gestelde prejudiciële vragen, een begin zal worden gemaakt met de uitvoering van het plan in die zin dat onder meer de aanbestedingsprocedure wordt gestart voor de realisering van de kruising voor de ontsluiting van het Akoesticum. Zo blijkt ook uit de brief van de raad van 15 augustus 2013.
3.1. Nu de Afdeling evenwel nog niet heeft besloten omtrent schorsing van de behandeling van de beroepen moet het ervoor worden gehouden dat de toezegging van de raad, zoals hiervoor vermeld, thans nog steeds geldt. Nu ook anderszins niet is gebleken dat een aanvang is genomen met de uitvoering van het plan, is met het verzoek om voorlopige voorziening geen spoedeisend belang gemoeid dat het treffen van de verzochte voorlopige voorziening rechtvaardigt. Hierbij merkt de voorzitter op dat in geval van gewijzigde omstandigheden Stichting Milieuwerkgroepen Ede en anderen opnieuw een verzoek om voorlopige voorziening kunnen indienen.
4. Het verzoek dient als kennelijk ongegrond te worden afgewezen.
5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. J.A. Hagen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. L.A. van Heusden, ambtenaar van staat.
w.g. Hagen w.g. Van Heusden
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 22 augustus 2013
647.