ECLI:NL:RVS:2013:2507

Raad van State

Datum uitspraak
18 december 2013
Publicatiedatum
18 december 2013
Zaaknummer
201305464/1/V6
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • R. van der Spoel
  • A.B.M. Hent
  • N. Verheij
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Weigering van tewerkstellingsvergunningen voor chefkok/frituurkok in een regulier Chinees restaurant

In deze zaak heeft de Raad van State op 18 december 2013 uitspraak gedaan in het hoger beroep van [appellante] tegen de beslissing van de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De zaak betreft de weigering van tewerkstellingsvergunningen voor twee werknemers, [werknemer A] en [werknemer B], die als chefkok en frituurkok zouden gaan werken in een Chinees restaurant. De Raad van Bestuur had op 26 oktober 2012 de aanvraag van [appellante] afgewezen, omdat er voldoende prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt beschikbaar was voor deze functies. Dit besluit werd later door de rechtbank Den Haag bevestigd.

[appellante] betoogde dat de horecagelegenheid een Chinees specialiteitenrestaurant is en dat er geen regulier aanbod van keukenpersoneel beschikbaar is. De Raad van State oordeelde echter dat de horecagelegenheid, gezien de beperkte menukaart en de naamgeving, als een regulier Chinees restaurant moet worden aangemerkt. De rechtbank had terecht overwogen dat de Raad van Bestuur de tewerkstellingsvergunningen op basis van artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) had geweigerd, omdat er voldoende aanbod van regulier keukenpersoneel beschikbaar was.

De Raad van State bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat [appellante] niet voldoende had aangetoond dat de horecagelegenheid een specialiteitenrestaurant is. De overgelegde menukaart bevatte voornamelijk reguliere Chinese gerechten en de specifieke sauzen en gerechten konden ook door regulier personeel worden bereid na een inwerkperiode. De Raad van State concludeerde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat de Raad van Bestuur de vergunningen terecht had geweigerd en dat het hoger beroep ongegrond was.

Uitspraak

201305464/1/V6.
Datum uitspraak: 18 december 2013
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellante], gevestigd te [plaats],
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 22 mei 2013 in zaak nr. 13/3399 in het geding tussen:
[appellante]
en
de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: de Raad van Bestuur).
Procesverloop
Bij besluit van 26 oktober 2012 heeft de Raad van Bestuur een aanvraag van [appellante] om verlening van tewerkstellingsvergunningen ten behoeve van het verrichten van arbeid als chefkok/frituurkok door [werknemer A] en [werknemer B] (hierna: de werknemers) in het Chinese restaurant van de horecagelegenheid […] (hierna: de horecagelegenheid), afgewezen.
Bij besluit van 14 januari 2013 heeft de Raad van Bestuur het door [appellante] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 22 mei 2013 heeft de rechtbank het door [appellante] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft [appellante] hoger beroep ingesteld.
[appellante] heeft een nader stuk ingediend.
De Raad van Bestuur heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 7 november 2013, waar [appellante], vertegenwoordigd door [werknemer A], bijgestaan door mr. W.L.C. Rijk, advocaat te Rotterdam, en de Raad van Bestuur, vertegenwoordigd door J.J.M. van den Boogaard, werkzaam bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, zijn verschenen.
Overwegingen
1. Op dit geding is de Wet arbeid vreemdelingen (hierna: de Wav) van toepassing zoals deze wet luidde tot 1 juni 2013.
Ingevolge artikel 2, eerste lid, is het een werkgever verboden een vreemdeling in Nederland arbeid te laten verrichten zonder tewerkstellingsvergunning.
Ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, wordt een tewerkstellingsvergunning geweigerd, indien voor de desbetreffende arbeidsplaats prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt beschikbaar is.
Volgens paragraaf 12 van de Uitvoeringsregels Wav behorende bij het Delegatie- en uitvoeringsbesluit Wav is voor tewerkstelling in de horecasector het restrictieve toelatingsbeleid onverkort van toepassing. Ten aanzien van tewerkstelling in onder meer Chinees-Indische restaurants zal een vergunning in de regel geweigerd dienen te worden indien algemeen bedienend- of keukenpersoneel op de arbeidsmarkt beschikbaar is.
2. [appellante] betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de Raad van Bestuur de tewerkstellingsvergunningen terecht heeft geweigerd ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wav omdat onvoldoende is onderbouwd dat de horecagelegenheid een specialiteitenrestaurant is en de werknemers bijzondere Chinese specialiteiten zullen moeten bereiden, zodat voor het vervullen van de arbeidsplaatsen prioriteitgenietend aanbod beschikbaar is op de arbeidsmarkt. Volgens haar is de horecagelegenheid geen regulier Chinees restaurant maar een Chinees specialiteitenrestaurant en is voor het vervullen van de arbeidsplaatsen geen prioriteitgenietend aanbod beschikbaar. Zij stelt dat met de overgelegde menukaart van de horecagelegenheid afdoende is gestaafd dat bijzondere Chinese specialiteitengerechten worden bereid, zoals de gerechten onder de nummers 106 (varkenshaas in scherpe knoflook, gember en szechuan zoetzure saus), 122 (Chinese garnalen in fijn gekruide bruine bonen met zout- en pepersaus), 126 (inktvis in droog gekruide szechuan chilipeper) en 139 (tau foe met boedishen groenten in zachte saus). Zij voert aan dat deze gerechten een speciale voorbereiding vragen, het enige tijd duurt voordat een kok weet hoe deze gerechten bereid moeten worden en het volgen van een simpele cursus en het geven van enige aanwijzingen onvoldoende zijn om deze gerechten goed te bereiden. Ter zitting heeft zij nog toegelicht dat met name de sauzen waarmee de gerechten worden bereid speciaal zijn, omdat de horecagelegenheid haar eigen specifieke sauzen heeft die op een speciale manier moeten worden bereid.
2.1. Niet in geschil is dat prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt beschikbaar is voor de functie van chefkok/frituurkok in een regulier Chinees restaurant.
De Raad van Bestuur heeft zich op het standpunt gesteld dat de horecagelegenheid, gelet op de naamgeving, de relatief beperkte en eenvoudige menukaart en het gebruikelijke assortiment op de menukaart, moet worden aangemerkt als regulier Chinees restaurant, en niet als een Chinees specialiteitenrestaurant, zodat voor het vervullen van de arbeidsplaatsen prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt beschikbaar is.
2.2. Op de menukaart van de horecagelegenheid staan de gebruikelijke Chinese gerechten vermeld. Daargelaten in hoeverre de door [appellante] genoemde gerechten, als vermeld onder 2, een speciale voorbereiding vergen, betreft het slechts vier van de 144 gerechten op de menukaart. Dat is onvoldoende om de horecagelegenheid als een Chinees specialiteitenrestaurant aan te merken. Voorts valt niet in te zien dat de sauzen en de gerechten op de menukaart uitsluitend door gespecialiseerd keukenpersoneel kunnen worden bereid en [appellante] niet in staat is om regulier, beschikbaar keukenpersoneel in dienst te nemen en op te leiden, zodat dit personeel in staat is na een inwerkperiode of na bijscholing in de Chinese keuken de werkzaamheden waarvoor de tewerkstellings- vergunningen zijn gevraagd te verrichten. [appellante] heeft de horecagelegenheid naar buiten toe ook niet gepresenteerd als een Chinees specialiteitenrestaurant dat anders is dan een regulier Chinees restaurant en speciale gerechten aanbiedt. Op het reclamebord aan de buitenzijde van het desbetreffende pand staat immers, zo blijkt uit overgelegde foto’s, dat het een "Cafetaria en chinese afhaal" betreft, met als nadere aanduiding "Lunchroom, broodbeleg, snacks, en chinese maaltijd". Voorts is ter zitting gebleken dat het UWV-WERKbedrijf vanaf november 2012 acht werkzoekende koks naar [appellante] heeft doorverwezen en daarnaast meer dan één persoon op de door [appellante] geplaatste advertenties heeft gereageerd, en dat zich hieronder ook werkzoekenden bevonden die ervaring hadden als kok in de Aziatische keuken. [appellante] heeft deze personen steeds afgewezen.
Gelet op de hiervoor weergegeven omstandigheden heeft de rechtbank terecht overwogen dat de Raad van Bestuur terecht het standpunt heeft ingenomen dat de arbeidsplaatsen waarvoor de tewerkstellingsvergunningen zijn gevraagd door het beschikbaar aanbod van keukenpersoneel kunnen worden vervuld. Gelet hierop heeft zij eveneens terecht overwogen dat de Raad van Bestuur de tewerkstellingsvergunningen terecht heeft geweigerd ingevolge artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wav.
Het betoog faalt.
3. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. R. van der Spoel, voorzitter, en mr. A.B.M. Hent en mr. N. Verheij, leden, in tegenwoordigheid van mr. F.S.N. Nasrullah-Oemar, ambtenaar van staat.
w.g. Van der Spoel w.g. Nasrullah-Oemar
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 18 december 2013
404.