ECLI:NL:RVS:2012:BY7287
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- S.F.M. Wortmann
- F.B. van der Maesen de Sombreff
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in geschil over vergunning voor uitbreiding varkenshouderij in Bergeijk
In deze zaak heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 18 december 2012 uitspraak gedaan op een verzoek om een voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door een verzoeker, wonend te Bergeijk, tegen het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant. De zaak betreft een melding van een vergunninghouder op grond van de Verordening stikstof en Natura 2000 Noord-Brabant, met betrekking tot een wijziging en uitbreiding van de varkenshouderij aan een specifieke locatie in Bergeijk. De verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen de kennisgeving van het college en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat hij meent dat de vergunninghouder geen aanspraak kan maken op het veebestand en de bijbehorende ammoniakemissie. Hij stelt dat een deel van de mestproductie- en ammoniakrechten aan hem toekomt en dat de bouw van de stallen inmiddels is gestart, waarbij een groot aantal bomen is gekapt.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 11 december 2012, waar de verzoeker, bijgestaan door een deskundige, en het college, vertegenwoordigd door een advocaat, aanwezig waren. De voorzitter overweegt dat de brief van 20 september 2012 van het college geen besluit is waartegen bezwaar en beroep openstaat. De vraag naar het rechtskarakter van deze brief kan in een mogelijke bodemprocedure aan de orde komen. De voorzitter wijst erop dat de vergunningen voor de uitbreiding van de inrichting en de bouw van de stallen onherroepelijk zijn en in deze procedure niet kunnen worden aangetast. De brief van 20 september 2012 biedt geen toestemming voor de gemelde wijziging en uitbreiding van de veehouderij, waardoor de verzoeker geen baat heeft bij een schorsing van de reactie van het college.
Uiteindelijk besluit de voorzitter het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen, zonder aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan op 18 december 2012.