ECLI:NL:RVS:2012:BY1696

Raad van State

Datum uitspraak
25 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201207049/2/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van bestemmingsplan 'Dorpen' van de gemeente Baarle-Nassau met betrekking tot verblijfshoreca en wonen op perceel Dorpsstraat 32a te Ulicoten

In deze uitspraak van de Raad van State, gedateerd 25 oktober 2012, wordt een verzoek om voorlopige voorziening behandeld met betrekking tot het bestemmingsplan 'Dorpen' van de gemeente Baarle-Nassau. Het bestemmingsplan, vastgesteld op 11 april 2012, maakt onder andere verblijfshoreca en wonen mogelijk op het perceel Dorpsstraat 32a te Ulicoten. Verzoeker, wonend in Ulicoten, heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening om te voorkomen dat zijn bedrijfsactiviteiten op het naastgelegen perceel door geluidshinder worden beperkt.

De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft het verzoek op 4 oktober 2012 ter zitting behandeld. De voorzitter oordeelt dat het verzoek om schorsing van artikel 14, lid 14.1, onder d, van de planregels, dat verblijfshoreca op de begane grond toestaat, gegrond is. De voorzitter stelt vast dat de raad onvoldoende heeft gemotiveerd waarom verblijfshoreca op de begane grond is toegestaan, terwijl er een akoestisch rapport is overgelegd waaruit blijkt dat de geluidsbelasting te hoog is om verblijfshoreca toe te staan. Daarom wordt dit artikelonderdeel geschorst.

Voor het overige, met betrekking tot de mogelijkheid om bij omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan voor verblijfshoreca op de verdieping, wijst de voorzitter het verzoek af. De voorzitter concludeert dat de raad in de planregels voldoende waarborgen heeft opgenomen om te voorkomen dat de bedrijfsvoering van verzoeker wordt geschaad. Daarnaast wordt ook de mogelijkheid voor wonen op het perceel Dorpsstraat 32a geschorst, omdat niet vaststaat dat de raad dit heeft beoogd.

De Raad van State veroordeelt de gemeente Baarle-Nassau tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die in totaal € 902,12 bedragen, en gelast de terugbetaling van het griffierecht van € 156,00 aan verzoeker. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 25 oktober 2012.

Uitspraak

201207049/2/R3.
Datum uitspraak: 25 oktober 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker], wonend te Ulicoten, gemeente Baarle-Nassau,
en
de raad van de gemeente Baarle-Nassau,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 11 april 2012 heeft de raad het bestemmingsplan "Dorpen" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer [verzoeker] beroep ingesteld. [verzoeker] heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 4 oktober 2012, waar [verzoeker], bijgestaan door mr. J.M. Stedelaar, en de raad, vertegenwoordigd door mr. A.J.H. Keijsers, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
Overwegingen
1.    Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.    Het verzoek heeft betrekking op de regeling in het plan, voor zover hierin op het perceel Dorpsstraat 32a te Ulicoten verblijfshoreca en wonen mogelijk zijn gemaakt. [verzoeker] heeft verzocht om een voorlopige voorziening, teneinde te voorkomen dat hij in zijn bedrijfsactiviteiten op het naastgelegen perceel, die geluidhinder veroorzaken, wordt beperkt.
3.    Ingevolge artikel 14, lid 14.1, van de planregels zijn de voor "Gemengd-2" aangewezen gronden onder meer bestemd voor:
d. horeca categorie 1 en 2, uitsluitend op de begane grond, met uitzondering van hotels, pensions en bed and breakfastvoorzieningen (verblijfshoreca) welke ook op de verdieping zijn toegestaan met uitzondering van het perceel Dorpsstraat 32a te Ulicoten;
i. wonen.
Ingevolge artikel 14, lid 14.5, onder 14.5.2, gelden voor het gebruik voor wonen onder meer de volgende regels:
a. Wonen in de vorm van woningen en appartementen is enkel toegestaan in een hoofdgebouw. Hierbij zijn appartementen uitsluitend toegestaan ter plaatse waar deze bestaan op het tijdstip van het in ontwerp ter inzage leggen van het plan.
b. Op de onderhavige gronden is het niet toegestaan nieuwe hoofdgebouwen geheel of ten dele ten dienste van wonen te bouwen, tenzij het vervangende nieuwbouw ter plaatse van de bestaande woning betreft, mits dit niet leidt tot woningvermeerdering.
c. De verkaveling van de bestaande woningen dient in beginsel te worden gehandhaafd.
d. Woningvermeerdering in de vorm van woningsplitsing is niet toegestaan.
Ingevolge artikel 14, lid 14.6, onder 14.6.2, kan het bevoegd gezag door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 14, lid 14.1, onder d en toestaan dat ter plaatse van Dorpsstraat 32a verblijfshoreca wordt gevestigd en uitgeoefend met dien verstande dat aangetoond moet worden dat voor deze verblijfshoreca op akoestisch gebied een acceptabel woon- en leefklimaat kan worden geboden, zodat het naastgelegen bedrijf (Dorpsstraat 32) niet in zijn bedrijfsuitoefening wordt belemmerd.
4.    In het gebouw op het perceel Dorpsstraat 32a bevindt zich op de begane grond een restaurant. Verblijfshoreca, zijnde horeca gericht op het laten verblijven van gasten/passanten, vindt niet plaats. De raad heeft ter zitting te kennen gegeven dat hij in het plan verblijfshoreca op de begane grond heeft toegestaan, omdat deze reeds in het vorige plan was toegelaten. Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter staat echter op voorhand niet vast dat de raad het toestaan hiervan daarmee voldoende heeft gemotiveerd. Daarbij betrekt de voorzitter dat de raad in artikel 14, lid 14.6, onder 14.6.2, van de planregels bij de bevoegdheid om bij omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan ten behoeve van verblijfshoreca op de verdieping op het perceel Dorpsstraat 32a als voorwaarde heeft opgenomen dat dient te worden aangetoond dat op akoestisch gebied een goed verblijfsklimaat kan worden gewaarborgd, waardoor het naastgelegen bedrijf niet wordt beperkt, en dat niet is gebleken dat de raad de akoestische situatie heeft onderzocht wat betreft de begane grond. Ook betrekt de voorzitter daarbij dat [verzoeker] een akoestisch rapport heeft overgelegd ten aanzien van de geluidsbelasting ter plaatse van Dorpsstraat 32a, waaruit volgens [verzoeker] blijkt dat een te hoge geluidsbelasting aanwezig is om verblijfshoreca toe te staan. Gelet daarop en op de betrokken belangen ziet de voorzitter aanleiding artikel 14, lid 14.1, onder d, van de planregels, voor zover dit artikelonderdeel verblijfshoreca toestaat op de begane grond op het perceel Dorpsstraat 32a, te schorsen.
5.    Voor zover het verzoek ziet op voornoemde bevoegdheid in artikel 14, lid 14.6, onder 14.6.2, van de planregels om bij omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan ten behoeve van de vestiging en uitoefening van verblijfshoreca op de verdieping op het perceel Dorpsstraat 32a, ziet de voorzitter aanleiding om het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen. Daarbij betrekt de voorzitter dat in deze planregel als voorwaarde is opgenomen dat moet worden aangetoond dat voor deze verblijfshoreca op akoestisch gebied een acceptabel woon- en leefklimaat kan worden geboden, zodat het naastgelegen bedrijf van [verzoeker] niet in zijn bedrijfsuitoefening wordt belemmerd en dat gelet daarop niet is gebleken dat [verzoeker] als gevolg van deze planregel in zijn bedrijfsuitoefening zal worden geschaad.
6.    Over wonen heeft de raad gesteld dat uit de planregels volgt dat wonen op het perceel Dorpsstraat 32a niet is toegestaan, omdat daar geen woning aanwezig is. Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter staat echter niet vast dat artikel 14, lid 14.5, onder 14.5.2, van de planregels regelt wat de raad heeft beoogd en dat wonen op het perceel Dorpsstraat 32a hoe dan ook is uitgesloten. Nu de raad heeft beoogd wonen op dit perceel niet toe te staan, ziet de voorzitter aanleiding om na afweging van alle belangen artikel 14, lid 14.1, onder i, van de planregels, voor zover deze planregel betrekking heeft op het perceel Dorpsstraat 32a, te schorsen.
7.    De raad dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.    schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van de raad van de gemeente Baarle-Nassau van 11 april 2012, waarbij het bestemmingsplan "Dorpen" is vastgesteld, wat betreft:
a. artikel 14, lid 14.1, onder d, van de planregels, voor zover dit artikelonderdeel verblijfshoreca toestaat op de begane grond van het perceel Dorpsstraat 32a;
b. artikel 14, lid 14.1, onder i, van de planregels, voor zover dit artikelonderdeel betrekking heeft op het perceel Dorpsstraat 32a;
II.    wijst het verzoek voor het overige af;
III.    veroordeelt de raad van de gemeente Baarle-Nassau tot vergoeding van bij [verzoeker] in verband met de behandeling van het verzoek opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 902,12 (zegge: negenhonderdtwee euro en twaalf cent), waarvan € 874,00 is toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
IV.    gelast dat de raad van de gemeente Baarle-Nassau aan [verzoeker] het door hem voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht ten bedrage van € 156,00 (zegge: honderdzesenvijftig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. J.A. Hagen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. W.S. van Helvoort, ambtenaar van staat.
w.g. Hagen    w.g. Van Helvoort
voorzitter    ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 25 oktober 2012
177-715.