ECLI:NL:RVS:2012:BY0357

Raad van State

Datum uitspraak
11 oktober 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201207535/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • P.B.M.J. van der Beek-Gillessen
  • P.J.A.M. Broekman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Sas van Gent

In deze zaak heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 11 oktober 2012 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot het bestemmingsplan "Sas van Gent". Dit bestemmingsplan werd op 24 mei 2012 vastgesteld door de raad van de gemeente Terneuzen. De besloten vennootschap Ridderpoort B.V., gevestigd te Rotterdam, heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter heeft het verzoek op 19 september 2012 ter zitting behandeld, waar de raad vertegenwoordigd was door J. Missiaen-Stobbelaar en J. Ocké.

Ridderpoort B.V. betoogde dat het bestemmingsplan ten onrechte beperkingen oplegt aan de bedrijfsactiviteiten op het bedrijventerrein "De Sasse Poort". Volgens de vennootschap was het vorige bestemmingsplan minder restrictief, omdat het bedrijfsactiviteiten tot en met milieucategorie 4 toestond, terwijl het nieuwe plan slechts activiteiten tot en met categorie 2 toelaat. Daarnaast had Ridderpoort B.V. bezwaar tegen de bestemming "Groen" voor bepaalde percelen, die volgens hen ten onrechte niet de bestemming "Bedrijf" hadden gekregen.

De raad van de gemeente Terneuzen stelde ter zitting dat de betreffende gronden momenteel braak liggen en dat het huidige gebruik niet door het nieuwe plan wordt beperkt. Bovendien waren er geen aanvragen voor bouwvergunningen ingediend. De voorzitter concludeerde dat Ridderpoort B.V. niet kon aantonen dat er een spoedeisend belang was voor het treffen van een voorlopige voorziening, en wees het verzoek af. De beslissing werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

201207535/2/R2.
Datum uitspraak: 11 oktober 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Ridderpoort B.V., gevestigd te Rotterdam,
verzoekster,
en
de raad van de gemeente Terneuzen,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 24 mei 2012 heeft de raad het bestemmingsplan "Sas van Gent" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer Ridderpoort B.V. beroep ingesteld.
Voorts heeft Ridderpoort B.V. de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 19 september 2012, waar de raad, vertegenwoordigd door J. Missiaen-Stobbelaar en J. Ocké, beiden werkzaam bij de gemeente, is verschenen.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Het plan voorziet in een actueel juridisch-planologisch kader voor de bebouwde kom van Sas van Gent en de aanliggende bedrijventerreinen en agrarische gronden.
3. Ridderpoort B.V. is eigenaresse van gronden op het bedrijventerrein "De Sasse Poort". Zij betoogt dat het plan voor een deel van de percelen van het bedrijventerrein ten onrechte slechts bedrijfsactiviteiten tot en met milieucategorie 2 toelaat. Nu onder het vorige plan bedrijfsactiviteiten tot en met categorie 4 waren toegestaan, worden de bestaande rechten ten onrechte beperkt, zo stelt zij. Voorts heeft Ridderpoort B.V. bezwaar tegen de plandelen met de bestemming "Groen" aan de randen van het bedrijventerrein. Zij stelt dat de plandelen ten onrechte niet de bestemming "Bedrijf" hebben gekregen.
4. De raad heeft ter zitting gesteld dat de desbetreffende gronden thans nog braak liggen en dat het huidige gebruik van de gronden derhalve door het plan niet wordt beperkt. Voorts kunnen er ter plaatse geen ontwikkelingen plaatsvinden, waartegen Ridderpoort B.V. bezwaar heeft, omdat zij de gronden zelf in eigendom heeft, en wel sinds 1999. Er zijn overigens ook geen aanvragen om bouwvergunningen ingediend. Voor zover Ridderpoort B.V. ontwikkelingen wenst die het plan niet mogelijk maakt, is niet gebleken dat zij niet kan wachten totdat in de bodemzaak zal zijn beslist. Derhalve is de voorzitter van oordeel dat met het verzoek in zoverre geen spoedeisend belang is gemoeid. Ook anderszins is de voorzitter niet gebleken van een spoedeisend belang dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt.
5. Gelet op het vorenstaande dient het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening te worden afgewezen.
6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. P.J.A.M. Broekman, ambtenaar van staat.
w.g. Van der Beek-Gillessen w.g. Broekman
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 11 oktober 2012
12-683.