ECLI:NL:RVS:2012:BX8288
Raad van State
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.C. Kranenburg
- T.A. Oudenaarden
- Rechtspraak.nl
Bestemmingsplan Vlieland Kom en de mogelijkheid van kleinschalige detailhandel
In deze zaak gaat het om het bestemmingsplan "Vlieland Kom" dat op 17 oktober 2011 door de raad van de gemeente Vlieland is vastgesteld. Appellanten, wonend te Vlieland, hebben beroep ingesteld tegen dit besluit, omdat het plan geen mogelijkheid biedt voor de vestiging van een kleinschalige detailhandel, een zogenaamde miniwinkel, op hun perceel. De appellanten betogen dat de miniwinkel de levendigheid in het dorp zou verhogen en dat deze winkel in spirituele artikelen uniek zou zijn op Vlieland. Ze verwijzen naar andere gemeenten die een ruimer beleid voeren ten aanzien van miniwinkels en stellen dat de Drank- en Horecawet niet in de weg staat aan hun plannen.
De raad van de gemeente Vlieland heeft in zijn verweerschrift aangegeven dat een combinatie van horeca en detailhandel op één perceel onwenselijk is, omdat dit kan leiden tot een toename van de druk op de omgeving. Het bestemmingsplan voorziet daarom niet in deze combinatie en de raad wenst geen uitzondering te maken voor het perceel van de appellanten, om precedentwerking te voorkomen. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 6 september 2012 ter zitting behandeld, waarbij de raad vertegenwoordigd was door B. Verheij.
De Afdeling overweegt dat de raad in redelijkheid heeft kunnen besluiten om geen uitzondering te maken op het gemeentelijk beleid dat horeca- en detailhandelsactiviteiten gescheiden houdt. De omstandigheden die door de appellanten zijn aangevoerd, zoals de vermeende positieve bijdrage van de miniwinkel aan de levendigheid van het dorp, zijn door de Afdeling niet voldoende geacht om van het beleid af te wijken. De Afdeling concludeert dat het beroep ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.