ECLI:NL:RVS:2012:BX7096

Raad van State

Datum uitspraak
3 september 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201206238/2/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Hedel door Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V.

Op 15 september 2011 heeft de raad van de gemeente Maasdriel het bestemmingsplan "Hedel" vastgesteld. Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V., gevestigd te Best, heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft het verzoek op 22 augustus 2012 ter zitting behandeld. Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. was vertegenwoordigd door mr. M.P. Wolf, advocaat te Breda, en de raad door ing. T.H. Sengers. Quik Holding B.V. was ook ter zitting aanwezig, vertegenwoordigd door mr. T. Brouwer.

De voorzitter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat het oordeel voorlopig is en niet bindend in de bodemprocedure. Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. betoogde dat het bestemmingsplan ten onrechte de vestiging van een bedrijf van categorie 4 mogelijk maakt, wat in strijd zou zijn met de woonbestemming van omliggende gronden. De voorzitter concludeerde dat de gronden aan de Akkerseweg 13b buiten het plangebied liggen, waardoor het beroep van Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. in dat opzicht niet ontvankelijk is.

Verder werd vastgesteld dat de gronden met de bestemming "Wonen" geen bouwvlak hebben, wat betekent dat er momenteel geen bouwmogelijkheden voor woningen zijn. Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. had bovendien niet alle benodigde onderzoeksgegevens beschikbaar om een wijzigingsprocedure te starten. De voorzitter concludeerde dat er geen spoedeisend belang was dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigde, en wees het verzoek af. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De beslissing werd uitgesproken in het openbaar op 3 september 2012, waarbij de voorzitter, mr. J.A. Hagen, en ambtenaar van staat, mr. A.P. de Rooy, aanwezig waren.

Uitspraak

201206238/2/R2.
Datum uitspraak: 3 september 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V., gevestigd te Best,
verzoekster,
en
de raad van de gemeente Maasdriel,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 15 september 2011 heeft de raad het bestemmingsplan "Hedel" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. beroep ingesteld.
Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 22 augustus 2012, waar Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V., vertegenwoordigd door [gemachtigde], bijgestaan mr. M.P. Wolf, advocaat te Breda, en de raad, vertegenwoordigd door ing. T.H. Sengers, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts is ter zitting Quik Holding B.V., vertegenwoordigd door [gemachtigden], bijgestaan door mr. T. Brouwer, gehoord.
Overwegingen
1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2. Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. stelt dat het plan ten onrechte de mogelijkheid biedt om een bedrijf van categorie 4, zoals bedoeld in de handreiking "Bedrijven en milieuzonering" van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, te vestigen op de gronden gelegen aan de Akkerseweg 13b en 16. Zij voert hiertoe aan dat een dergelijk gebruik zich niet verdraagt met de woonbestemming die is toegekend aan de gronden ten westen en ten noorden van de gronden met deze bedrijfsmogelijkheden. Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. stelt dat zij door de bedrijfsbestemming wordt gehinderd in haar mogelijkheden voor woningbouw.
3. Voor zover het verzoek ziet op de gronden, gelegen aan de Akkerseweg 13b stelt de voorzitter vast dat deze gronden buiten het plangebied zijn gelegen. In zoverre is te verwachten dat het beroep van Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. niet ontvankelijk is in de bodemprocedure, zodat aanleiding bestaat om het verzoek in zoverre af te wijzen.
Het betoog van de raad ter zitting dat het beroep en het verzoek ook overigens niet ontvankelijk zijn, omdat Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. geen zienswijze heeft ingediend tegen het ontwerpplan, volgt de voorzitter niet, nu zij opkomt tegen bij vaststelling in het plan aangebrachte wijzigingen.
4. Ingevolge artikel 21, lid 21.2, onder 21.2.2, sub a, van de planregels mogen woningen uitsluitend worden gesitueerd binnen het bouwvlak.
Ingevolge artikel 32, lid 32.3, aanhef en onder a, zijn ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - bebouwd gebied' burgemeester en wethouders bevoegd de bebouwingsmogelijkheden van gronden met deze bestemming te wijzigen teneinde de toevoeging van een bouwvlak en bouwaanduidingen voor de bouw van extra woningen mogelijk te maken, mits:
a. de benodigde onderzoeksgegevens beschikbaar zijn om een afweging aangaande de aanwezige waarden en belangen en milieu- en wateraspecten te kunnen maken teneinde een goede ruimtelijke ordening te kunnen waarborgen; uit de onderzoeksgegevens moet de geschiktheid van de gronden blijken voor de nieuwe functie.
5. Blijkens de verbeelding hebben de gronden met de bestemming "Wonen" en de aanduiding 'wro-zone - bebouwd gebied', die zijn gelegen ten westen van de gronden aan de Akkerseweg 16 en waarop Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. woningen wil realiseren geen bouwvlak. Derhalve bestaan daar thans geen bouwmogelijkheden voor woningen.
Uit het ter zitting verhandelde is gebleken dat Berlaere Vastgoedontwikkeling B.V. nog niet alle benodigde onderzoeksgegevens beschikbaar heeft ten behoeve van een eventueel verzoek aan het college van burgemeester en wethouders om gebruik te maken van zijn bevoegdheid op grond van artikel 32, lid 32.3 van de planregels om de bebouwingsmogelijkheden van de desbetreffende bestemming te wijzigen. Gelet hierop verwacht de voorzitter dat uitspraak zal worden gedaan in de bodemprocedure, voordat een eventuele wijzigingsprocedure met betrekking tot de voornoemde gronden met een woonbestemming zich in een gevorderd stadium zal bevinden. Van de gestelde belemmering in de mogelijkheden voor woningbouw zal voordien geen sprake zijn.
6. Gelet hierop is met het verzoek geen spoedeisend belang gemoeid dat het treffen van een voorlopige voorziening rechtvaardigt. Het verzoek dient te worden afgewezen.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. J.A. Hagen, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. A.P. de Rooy, ambtenaar van staat.
w.g. Hagen w.g. De Rooy
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 3 september 2012
59-723.