ECLI:NL:RVS:2012:BV6545

Raad van State

Datum uitspraak
22 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201011462/1/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen exploitatieplan Stommeerkade Oost niet-ontvankelijk verklaard

In deze zaak heeft de besloten vennootschap Kennemerland Beheer B.V. beroep ingesteld tegen het besluit van de raad van de gemeente Aalsmeer, waarbij het bestemmingsplan "Stommeerkade Oost" en het bijbehorende exploitatieplan zijn vastgesteld. Het beroep is ingediend op 29 november 2010, na de vaststelling van het bestemmingsplan op 9 september 2010. Tijdens de zitting op 10 januari 2012 zijn zowel Kennemerland Beheer, vertegenwoordigd door mr. P.H. Revermann, als de raad, vertegenwoordigd door mr. I.R. Keetell-Homringhausen, A.B. van der Poel en E. van der Klis, verschenen.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in haar overwegingen vastgesteld dat Kennemerland Beheer geen grondexploitatieovereenkomst heeft gesloten en dat het perceel waarop het exploitatieplan betrekking heeft, nog niet aan haar is geleverd. Hierdoor is Kennemerland Beheer geen juridisch eigenaar van het perceel en kan zij niet worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Afdeling heeft geconcludeerd dat Kennemerland Beheer niet voldoet aan de voorwaarden om als belanghebbende op te treden, aangezien het risico van het perceel niet naar haar is overgegaan en zij de koopsom nog niet heeft betaald.

Op basis van deze overwegingen heeft de Afdeling het beroep van Kennemerland Beheer niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 22 februari 2012.

Uitspraak

201011462/1/R1.
Datum uitspraak: 22 februari 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Kennemerland Beheer B.V., gevestigd te Overveen, gemeente Bloemendaal,
appellante,
en
de raad van de gemeente Aalsmeer,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 9 september 2010 heeft de raad het bestemmingsplan "Stommeerkade Oost" en het gelijknamige exploitatieplan vastgesteld.
Hiertegen heeft Kennemerland Beheer bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 29 november 2010, beroep ingesteld.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
De raad heeft een nader stuk ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 januari 2012, waar Kennemerland Beheer, vertegenwoordigd door mr. P.H. Revermann, werkzaam bij Juridisch en Bestuurlijk Adviescentrum, en de raad, vertegenwoordigd door mr. I.R. Keetell-Homringhausen, A.B. van der Poel en E. van der Klis, allen werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Ingevolge artikel 8.2, eerste lid, aanhef en onder h, van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro), voor zover hier van belang, kan een belanghebbende bij de Afdeling beroep instellen tegen een besluit omtrent vaststelling van een exploitatieplan voor gronden, begrepen in een gelijktijdig vastgesteld bestemmingsplan.
Ingevolge het vijfde lid, voor zover hier van belang, wordt als belanghebbende bij een besluit als bedoeld in artikel 6.12, eerste lid, in elk geval aangemerkt degene die een grondexploitatieovereenkomst heeft gesloten met betrekking tot de in het desbetreffende besluit opgenomen gronden, of die eigenaar is van die gronden.
Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.
2.1.1. Kennemerland Beheer richt haar beroep tegen het exploitatieplan. Zij heeft als kopende partij een koopovereenkomst gesloten met betrekking tot het in het exploitatiegebied gelegen perceel, kadastraal bekend gemeente Aalsmeer, sectie C, nr. 6397 (voorheen: 873 gedeeltelijk). Vast staat dat Kennemerland Beheer geen grondexploitatieovereenkomst als bedoeld in artikel 8.2, vijfde lid, van de Wro heeft gesloten en het perceel nog niet geleverd is aan Kennemerland Beheer, zodat zij geen juridisch eigenaar is van het perceel. Gesteld noch gebleken is dat het perceel reeds feitelijk aan Kennemerland Beheer is geleverd. Ingevolge de koopovereenkomst is het risico van het perceel niet naar Kennemerland Beheer overgegaan. In de koopovereenkomst is onder meer bepaald dat de koop plaatsvindt onder de ontbindende voorwaarde dat de koper niet binnen zes maanden na de vaststelling van het benodigde bestemmingsplan onder voor hem redelijkerwijs te aanvaarden voorwaarden de benodigde bouwvergunningen heeft verkregen voor het door of in opdracht van Kennemerland Beheer in overleg met de gemeente te ontwikkelen bouwplan. Voorts is in de koopovereenkomst bepaald dat de koper de koopovereenkomst eenzijdig kan ontbinden indien de kosten van eventueel noodzakelijke bodemsaneringsmaatregelen een rendabele exploitatie van het verkochte voor de beoogde woningbouwplannen in de weg staan. Verder heeft Kennemerland Beheer ter zitting verklaard dat zij de koopsom nog niet betaald heeft. Gelet op deze omstandigheden, in onderlinge samenhang bezien, is Kennemerland Beheer geen belanghebbende bij het exploitatieplan.
Het beroep van Kennemerland Beheer is niet-ontvankelijk.
2.2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. J.A.W. Scholten-Hinloopen, voorzitter, en mr. J.A. Hagen en mr. J.C. Kranenburg, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Bechinka, ambtenaar van staat.
w.g. Scholten-Hinloopen w.g. Bechinka
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 22 februari 2012
371-703.