ECLI:NL:RVS:2011:BT8539

Raad van State

Datum uitspraak
10 oktober 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201107768/2/R1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Centrum en omgeving Heemstede

Op 10 oktober 2011 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Het verzoek was ingediend door een inwoner van Heemstede tegen het besluit van de raad van de gemeente Heemstede, dat op 28 april 2011 het bestemmingsplan "Centrum en omgeving" had vastgesteld. De verzoeker stelde dat hij als belanghebbende moest worden aangemerkt, omdat hij vreesde voor aanzienlijke planschade door het nieuwe bestemmingsplan.

De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 27 september 2011, waar de verzoeker en de raad, vertegenwoordigd door R. van der Aar, mr. drs. A.J. Borg en J. ter Haak, aanwezig waren. De voorzitter oordeelde dat de afstand tussen het perceel van de verzoeker en het plangebied te groot was om te kunnen spreken van een rechtstreeks betrokken belang. De verzoeker had geen zicht op het plangebied en het plan was voornamelijk conserverend van aard, wat betekent dat er geen nieuwe bouwmogelijkheden in de nabijheid van zijn perceel werden gecreëerd.

De voorzitter concludeerde dat de verzoeker niet als belanghebbende kon worden aangemerkt en dat het beroep in de hoofdzaak waarschijnlijk niet-ontvankelijk zou worden verklaard. Daarom werd het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de beslissing.

Uitspraak

201107768/2/R1.
Datum uitspraak: 10 oktober 2011
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker], wonend te Heemstede,
en
de raad van de gemeente Heemstede,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 28 april 2011 heeft de raad het bestemmingsplan "Centrum en omgeving" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft onder meer [verzoeker] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 18 juli 2011, beroep ingesteld.
Bij dezelfde brief als waarmee beroep is ingesteld heeft [verzoeker] de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
Bij brieven van 3 augustus 2011, 28 augustus 2011, 31 augustus 2011, 17 september 2011 en 24 september 2011 heeft [verzoeker] nadere stukken ingediend.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 27 september 2011, waar [verzoeker] en de raad, vertegenwoordigd door R. van der Aar, mr. drs. A.J. Borg en J. ter Haak, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2. Het plan voorziet in een juridisch-planologisch kader voor het centrum van Heemstede en de directe omgeving en is voornamelijk conserverend van aard.
2.3. Ingevolge artikel 8:2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet ruimtelijke ordening, kan een belanghebbende bij de Afdeling beroep instellen tegen een besluit omtrent vaststelling van een bestemmingsplan.
Ingevolge artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.
2.3.1. Vast staat dat het perceel van [verzoeker], aan de [locatie], zich een aantal straten van het plangebied bevindt. Tussen het perceel van [verzoeker] en het plangebied is ongeveer 200 meter gelegen en [verzoeker] heeft geen zicht op het plangebied. Het plan is conserverend van aard en voorziet niet in bouwmogelijkheden in de nabijheid van het perceel van [verzoeker]. Gelet hierop is voormelde afstand te groot om een rechtstreeks bij het bestreden besluit betrokken belang te kunnen aannemen. [verzoeker] heeft voorts geen feiten of omstandigheden aangevoerd in verband waarmee zou moeten worden geoordeeld dat ondanks deze afstand een objectief en persoonlijk belang rechtstreeks door het besluit zou worden geraakt. Voor zover [verzoeker] stelt dat vanwege het plan aanzienlijke planschade ontstaat waaraan hij als belastingplichtig inwoner van Heemstede moet bijdragen, geldt dat dit niet toereikend is om te kunnen spreken van een bijzonder individueel belang dat hem onderscheidt van anderen inwoners van Heemstede.
De voorzitter ziet daarom niet in dat [verzoeker] als belanghebbende bij het bestreden besluit moet worden aangemerkt. De voorzitter gaat er daarom van uit dat de Afdeling het beroep in de hoofdzaak niet-ontvankelijk zal verklaren. Gelet hierop bestaat geen aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening toe te wijzen.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. R.J. Hoekstra, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. J. Schaaf, ambtenaar van staat.
w.g. Hoekstra w.g. Schaaf
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 10 oktober 2011
523.