ECLI:NL:RVS:2011:BT2829
Raad van State
- Hoger beroep
- P.B.M.J. van der Beek-Gillessen
- V. van Dorst
- Rechtspraak.nl
Last onder dwangsom opgelegd door college van burgemeester en wethouders van Haarlem voor illegale bouwactiviteiten
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellanten tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Haarlem, waarbij hen een last onder dwangsom is opgelegd. Dit besluit, gedateerd op 11 november 2008, verplichtte appellanten om een zonder bouwvergunning aangebrachte dakkapel en dakramen op hun perceel in Haarlem te verwijderen, evenals andere illegale bouwelementen. Appellanten hebben in eerste instantie bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college verklaarde dit bezwaar niet-ontvankelijk. De rechtbank Haarlem bevestigde deze beslissing in haar uitspraak van 22 december 2010, waartegen appellanten in hoger beroep gingen.
De Raad van State heeft de zaak behandeld op 17 augustus 2011, waarbij appellanten werden vertegenwoordigd door hun advocaat. De rechtbank had overwogen dat de brief van appellanten van 19 december 2008 niet als bezwaarschrift kon worden aangemerkt, omdat deze slechts een verzoek om opschorting van het handhavingstraject bevatte. De Raad van State oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat appellanten pas op 9 november 2009 bezwaar hadden gemaakt tegen het besluit van 11 november 2008, en dat dit bezwaar te laat was ingediend volgens de Algemene wet bestuursrecht.
Uiteindelijk bevestigde de Raad van State de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het hoger beroep ongegrond. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 28 september 2011.