ECLI:NL:RVS:2011:BS8807
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- S.F.M. Wortmann
- M.R. Poot
- Rechtspraak.nl
Weigering toestemming voor deeltijdse bacheloropleiding HBO-rechten door Open Universiteit Nederland
Op 21 november 2008 weigerde de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap toestemming aan de Open Universiteit Nederland (OUN) voor het verzorgen van de deeltijdse bacheloropleiding HBO-rechten in de vorm van afstandsonderwijs. Dit besluit werd aangevochten door de Leidse Onderwijsinstellingen B.V., Stichting LOI Hoger Onderwijs, Nederlands Talen Instituut B.V. en Stichting NTI Hogeschool (hierna: LOI en NTI). Na een eerdere beslissing van de staatssecretaris op 18 februari 2010, waarin het bezwaar van de OUN gegrond werd verklaard, verleende de staatssecretaris op 3 augustus 2010 alsnog toestemming voor de opleiding. De rechtbank 's-Gravenhage verklaarde op 18 mei 2011 de beroepen van LOI en NTI tegen deze besluiten ongegrond.
Tegen deze uitspraak hebben LOI en NTI hoger beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State behandelde dit verzoek op 1 september 2011. Tijdens de zitting waren de advocaten van LOI en NTI, alsook de staatssecretaris en de OUN aanwezig. De voorzitter oordeelde dat er geen redenen waren om aan te nemen dat de eerdere uitspraak van de rechtbank niet in stand zou blijven. De voorzitter concludeerde dat de staatssecretaris zich terecht op het standpunt had gesteld dat er behoefte was aan de opleiding en dat er geen substantieel nadelige effecten voor de bestaande capaciteit en infrastructuur te verwachten waren.
De voorzitter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 5 september 2011.