ECLI:NL:RVS:2011:BP7757
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- H.G. Lubberdink
- P. Klein
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen verkeersbesluit tot sluiting van de Keern voor motorvoertuigen
Op 9 maart 2011 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een hoger beroep. Het verzoeker, wonend te [woonplaats], had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Alkmaar van 22 juli 2010, waarin het beroep van verzoeker tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Hoorn ongegrond was verklaard. Dit besluit, genomen op 16 december 2008, hield in dat het Keern gesloten werd verklaard voor motorvoertuigen over een lengte van circa 25 meter, met uitzondering van lijnbussen. Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen dit verkeersbesluit, maar het college verklaarde dit bezwaar op 18 mei 2009 niet-ontvankelijk.
Tijdens de zitting op 22 februari 2011 heeft verzoeker de voorzitter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. De Afdeling heeft het verzoek behandeld, waarbij verzoeker in persoon aanwezig was en het college vertegenwoordigd werd door G.R.M. Koopman. De voorzitter heeft in overweging genomen dat er inmiddels een uitspraak was gedaan in het hoger beroep, waardoor er geen sprake meer was van een geding. Dit leidde tot de conclusie dat het verzoek om voorlopige voorziening ongegrond was. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De beslissing werd uitgesproken in het openbaar op 9 maart 2011, waarbij de voorzitter, mr. H.G. Lubberdink, en ambtenaar van staat, mr. P. Klein, aanwezig waren. De uitspraak bevestigde dat het verzoek van verzoeker werd afgewezen, waarmee de eerdere besluiten van het college en de rechtbank in stand bleven.