ECLI:NL:RVS:2011:BP6384

Raad van State

Datum uitspraak
2 maart 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201008342/1/M1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W. Sorgdrager
  • C. Sparreboom
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanwijzing clusterplaats voor minicontainers in Purmerend

In deze zaak gaat het om de aanwijzing van een clusterplaats voor de plaatsing van minicontainers ten behoeve van de inzameling van huishoudelijk restafval, groente-, fruit- en tuinafval en papier in Purmerend. Het college van burgemeester en wethouders van Purmerend heeft op 20 juli 2010 een besluit genomen om een clusterplaats aan te wijzen met het nummer WV949, gelegen aan de Bossa Novastraat. Dit besluit is door de appellant, wonend te Purmerend, aangevochten. De appellant stelt dat er geschiktere alternatieve locaties zijn aan de Amazonelaan, maar het college heeft deze alternatieven als ongeschikt beoordeeld vanwege bereikbaarheid en verkeersveiligheid.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 10 februari 2011 behandeld. De appellant betoogt dat de gekozen locatie de toegang tot zijn oprit belemmert en dat er verkeersgevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Het college heeft echter gesteld dat het in- en uitrijden van de inrit voor de appellant niet onmogelijk wordt gemaakt en dat de verkeerssituatie niet onveilig is, gezien de korte tijd dat het inzamelvoertuig aanwezig is.

De Afdeling heeft geoordeeld dat het college in redelijkheid tot de aanwijzing van de clusterplaats heeft kunnen komen. De appellant heeft niet aannemelijk gemaakt dat de aanwijzing van de locatie onterecht is en zijn beroep is ongegrond verklaard. De Afdeling heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

201008342/1/M1.
Datum uitspraak: 2 maart 2011
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te Purmerend,
en
het college van burgemeester en wethouders van Purmerend,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 20 juli 2010 heeft het college - voor zover te dezen van belang - een clusterplaats aangeduid met het nummer WV949, gelegen aan de Bossa Novastraat te Purmerend, aangewezen voor de plaatsing van minicontainers ten behoeve van de inzameling van huishoudelijk restafval, groente-, fruit- en tuinafval en papier door de gebruikers van de percelen Amazonelaan 131-145o en de percelen Mambostraat 120 en 122.
Tegen dit besluit heeft [appellant] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 24 augustus 2010, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 22 september 2010.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 februari 2011, waar [appellant], vertegenwoordigd door [gemachtigde], en het college, vertegenwoordigd door L.J.P. Rog, mr. C.J.A. de Haan-de Jong en drs. ing. C.N. van Bergen Henegouw, allen werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Ingevolge artikel 9, tweede lid, van de Afvalstoffenverordening Purmerend 2008 (hierna: de Afvalstoffenverordening) kan het college aanwijzen via welk inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling wordt aangeboden.
2.1.1. Bij het bepalen van de locaties van inzamelvoorzieningen als de onderhavige betrekt het college de "Beleidscriteria bepaling locaties inzamelvoorzieningen en clusterplaatsen" (hierna: de beleidscriteria).
Volgens de beleidscriteria vindt toetsing plaats op:
- Goede bereikbaarheid en toegankelijkheid voor bewoners en inzamelvoertuig;
- Doelmatige inrichting van de openbare buitenruimte;
- Beperking van de overlast voor de omgeving;
- Verkeersveiligheid;
- Arbeidsbelasting voor de inzamelaars;
- Financiële en inzamellogistieke aspecten, en
- Fysieke onmogelijkheid om voorzieningen te plaatsen, zoals kabels en leidingen voor ondergrondse afvalcontainers en de aanwezigheid van bomen ter plaatse.
2.2. [appellant] kan zich niet vinden in de aanwijzing van de locatie, aangeduid met nummer WV949, gelegen aan de Bossa Novastraat als clusterplaats voor de plaatsing van minicontainers ten behoeve van de inzameling van huishoudelijk restafval, groente-, fruit- en tuinafval en papier.
2.3. [appellant] betoogt dat er geschiktere alternatieve locaties voorhanden zijn, en wel aan de Amazonelaan.
2.3.1. Eén van de door [appellant] voorgestelde locaties aan de Amazonelaan is volgens het college ongeschikt omdat die locatie wat de bereikbaarheid vanuit de achteruitgang van de betrokken woningen betreft is gesitueerd op een minder gunstige plaats, waar bijkomt dat de Amazonelaan een doorgaande weg is waar maximaal 50 km/uur mag worden gereden.
De andere door [appellant] voorgestelde locatie aan de Amazonelaan is volgens het college ongeschikt omdat het desbetreffende stuk weg niet breed genoeg is om containers naast elkaar te plaatsen.
2.3.2. Ter zitting is namens het college uiteengezet dat de aanwijzing van een clusterplaats aan de Amazonelaan op zichzelf mogelijk is en dat een aantal locaties aan die laan ook daadwerkelijk als clusterplaats is aangewezen. In die gevallen waren er in de omgeving echter geen geschikte alternatieven voorhanden, aldus het college. Bij de keuze voor de locatie met het nummer WV949 heeft het college grote waarde toegekend aan de kortere loopafstand voor gebruikers ervan. Het college betoogt dat de gekozen locatie met name via de achteruitgangen van de woningen aan de Amazonelaan en de Mambostraat goed bereikbaar is. Deze uiteenzetting acht de Afdeling niet onaannemelijk. Hiervan uitgaande heeft het college zich naar het oordeel van de Afdeling in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de door [appellant] voorgestelde alternatieve locaties minder geschikt zijn. Deze beroepsgrond faalt.
2.4. [appellant] stelt dat de geplande clusterplaats pal tegenover zijn oprit, de toegang tot de Bossa Novastraat belemmert, waardoor hij op de dag dat de minicontainers worden geplaatst niet of nauwelijks met zijn auto op deze toch al smalle rijweg kan komen zonder de containers te moeten verplaatsen. Voorts is tijdens het legen van de containers door de inzamelwagen verkeer in de Bossa Novastraat niet mogelijk, aldus [appellant]. [appellant] betoogt dat zich verkeersgevaarlijke situaties zullen voordoen voor voetgangers die zich op de rijweg moeten begeven omdat het trottoir door de containers geblokkeerd wordt. Tevens wijst hij op mogelijke vermindering van de waarde van zijn woning, mede omdat er ook al een locatie bij zijn woning is aangewezen als plaats voor een ondergrondse glasbak. [appellant] vindt het onwenselijk dat bewoners van de Amazonelaan en de Mambostraat hun minicontainers op de Bossa Novastraat moeten plaatsen, temeer omdat deze minicontainers vaak langere tijd blijven staan.
2.4.1. Het college heeft zich op het standpunt gesteld dat het door [appellant] met zijn auto in- en uitrijden van de inrit voor zijn woning niet onmogelijk wordt. Het college stelt verder dat het gebruik van een clusterplaats voor minicontainers niet van noemenswaardige invloed is op de veiligheid en vlotte doorgang van het verkeer omdat de Bossa Novastraat een 30 kilometerzone is en het inzamelvoertuig op deze locatie per lediging maximaal twee minuten werkzaam is.
2.4.2. Hetgeen [appellant] in beroep naar voren heeft gebracht, levert onvoldoende aanknopingspunten op voor de conclusie dat als gevolg van de plaatsing van minicontainers het bereiken van de inrit voor zijn woning onmogelijk wordt. Slechts indien containers onjuist worden opgesteld kan het voor [appellant] noodzakelijk zijn één of meer containers te verplaatsen. Het eventueel onjuist opstellen van containers betreft echter een kwestie van handhaving die in deze procedure niet ter beoordeling staat. In aanmerking genomen dat het legen van de minicontainers door het inzamelvoertuig gemiddeld slechts twee minuten duurt, kan verder niet worden staande gehouden dat zich ernstige verkeershinder zal voordoen. Niet in geschil is dat door de plaatsing van de minicontainers op de rijweg voor de groenstrook het daarachter gelegen trottoir voor voetgangers vrij blijft. De Afdeling acht het in het licht daarvan niet aannemelijk dat voetgangers moeten uitwijken naar de rijweg. Bovendien is de rijweg ter plaatse aangewezen als zogenoemd 30 km/uur gebied, zodat het door voetgangers betreden van de rijweg niet tot gevaarlijke situaties behoeft te leiden. Naar het oordeel van de Afdeling heeft het college zich in redelijkheid op het standpunt kunnen stellen dat de geringe breedte van de Bossa Novastraat geen beletsel vormt voor de aanwijzing van deze locatie.
Nu [appellant] de waardedaling van zijn woning als gevolg van de plaatsing van minicontainers niet aannemelijk heeft gemaakt, faalt deze beroepsgrond reeds hierom.
Wat de vrees van [appellant] betreft dat op de clusterplaats minicontainers zullen achterblijven omdat zij niet tijdig worden opgehaald, heeft het college aangegeven dat de minicontainers worden voorzien van een adressticker en een computerchip, waardoor het mogelijk is de eigenaren van deze minicontainers op hun gedrag aan te spreken. Het optreden tegen niet toegestaan gebruik van de clusterplaats is evenwel een kwestie van handhaving die in deze procedure niet ter beoordeling staat.
2.5. Gezien het vorenstaande is de Afdeling van oordeel dat het college bij afweging van de betrokken belangen in redelijkheid tot aanwijzing van de clusterplaats met het nummer WV949, gelegen aan de Bossa Novastraat voor de plaatsing van minicontainers ten behoeve van de inzameling van huishoudelijk restafval, groente-, fruit- en tuinafval en papier heeft kunnen komen.
2.6. Het beroep is ongegrond.
2.7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. W. Sorgdrager, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. C. Sparreboom, ambtenaar van staat.
w.g. Sorgdrager w.g. Sparreboom
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 2 maart 2011
195-209.