ECLI:NL:RVS:2011:BP2059

Raad van State

Datum uitspraak
26 januari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201002915/1/H1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen de vrijstelling en bouwvergunning voor de aanleg van een kabelskibaan te Heerhugowaard

In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door een appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Alkmaar van 4 maart 2010. De rechtbank had het beroep van de appellant ongegrond verklaard, waarbij het ging om een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Heerhugowaard. Dit college had op 20 februari 2007 een vrijstelling en bouwvergunning verleend aan de besloten vennootschap Skeef B.V. voor de bouw van een clubgebouw, steiger/terras, motorhuis en kabelskibaan op de locatie Strand van Luna te Heerhugowaard. De appellant had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college verklaarde het bezwaar deels gegrond en handhaafde het besluit in gewijzigde vorm op 6 februari 2009.

De appellant ging in beroep bij de rechtbank, maar deze verklaarde het beroep ongegrond. Hierop heeft de appellant hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, dat op 25 maart 2010 is ingekomen. Tijdens de zitting op 20 december 2010 zijn zowel de appellant, bijgestaan door zijn advocaat, als het college vertegenwoordigd aanwezig geweest. Ook was de gemachtigde van Skeef B.V. ter zitting aanwezig.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat het bestemmingsplan "Waterskibaan" op 23 maart 2010 ongewijzigd is vastgesteld door de gemeenteraad. Dit bestemmingsplan, samen met het onherroepelijke bestemmingsplan "Heerhugowaard-Zuid", biedt het juridisch-planologische kader voor het project. De Afdeling concludeert dat het project zonder vrijstelling kan worden gerealiseerd, en dat de appellant geen procesbelang meer heeft bij een inhoudelijke beoordeling van de aangevallen uitspraak. Daarom is het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

201002915/1/H1.
Datum uitspraak: 26 januari 2011
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellant], wonend te Heerhugowaard,
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Alkmaar van 4 maart 2010 in zaak nr. 08/1351 in het geding tussen:
[appellant]
en
het college van burgemeester en wethouders van Heerhugowaard.
1. Procesverloop
Bij besluit van 20 februari 2007 heeft het college aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Skeef B.V. vrijstelling en bouwvergunning eerste fase verleend voor het bouwen van een clubgebouw, steiger/terras, motorhuis en kabelskibaan op de locatie Strand van Luna te Heerhugowaard (hierna: de locatie).
Bij besluit van 6 februari 2009 heeft het college, voor zover thans van belang, het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar opnieuw deels gegrond verklaard en het besluit van 20 februari 2007 in gewijzigde vorm in stand gelaten.
Bij uitspraak van 4 maart 2010, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank, voor zover thans van belang, het door [appellant] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft [appellant] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 25 maart 2010, hoger beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting gevoegd met het beroep in zaaknr.
201003945/1/R1behandeld op 20 december 2010, waar [appellant], bijgestaan door mr. O.H. Minjon, advocaat te Opmeer, en het college, vertegenwoordigd door S.M.C. Smit-Praat, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts is ter zitting Skeef, vertegenwoordigd door [gemachtigde], als partij gehoord. Na de zitting zijn de zaken gesplitst.
2. Overwegingen
2.1. De Afdeling heeft het hoger beroep en het beroep vanwege de onderlinge samenhang gevoegd behandeld.
2.2. Bij besluit van 23 maart 2010 heeft de raad van de gemeente Heerhugowaard het bestemmingsplan "Waterskibaan" ongewijzigd vastgesteld. Bij uitspraak van heden, in zaak nr.
201003945/1/R1, heeft de Afdeling de tegen het vaststellingsbesluit ingestelde beroepen ongegrond verklaard. Het bestemmingsplan voorziet, tezamen met het onherroepelijke bestemmingsplan "Heerhugowaard-Zuid", in het juridisch-planologische kader voor het project, waarop de in geding zijnde vrijstelling betrekking heeft en vormt tezamen met het bestemmingsplan "Heerhugowaard-Zuid" de titel voor de ruimtelijke ingreep waartegen [appellant] zich richt. Thans kan het project derhalve zonder vrijstelling worden gerealiseerd. Nu [appellant] niet heeft aangevoerd dat een van de andere weigeringsgronden van artikel 44 van de Woningwet aan realisering van het project in de weg staat en niet is gebleken van bijzondere omstandigheden op grond waarvan een belang bij een inhoudelijke beoordeling van de aangevallen uitspraak kan worden aangenomen, moet worden geoordeeld dat het procesbelang bij beoordeling daarvan is vervallen.
2.3. Het hoger beroep is niet-ontvankelijk.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. H. Troostwijk, voorzitter, en mr. J.A. Hagen en mr. F.C.M.A. Michiels, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.M.L. Hanrath, ambtenaar van staat.
w.g. Troostwijk w.g. Hanrath
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 26 januari 2011
392.