ECLI:NL:RVS:2010:BO3480
Raad van State
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.D.M. van Diepenbeek
- G.N. Roes
- Th.C. van Sloten
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van besluit tot verlening van een revisievergunning voor een paardenopfokbedrijf
Op 11 november 2009 verleende het college van burgemeester en wethouders van Midden-Drenthe een revisievergunning voor een paardenopfokbedrijf aan [vergunninghoudster]. Dit besluit werd op 18 november 2009 ter inzage gelegd. [appellant] heeft op 23 december 2009 beroep ingesteld tegen dit besluit, waarbij hij aanvoerde dat het college onvoldoende informatie had om de milieugevolgen van de inrichting te beoordelen. Tijdens de zitting op 20 september 2010 werd [appellant] bijgestaan door mr. A. van der Leest, terwijl het college vertegenwoordigd was door R. Wassink. Ook vergunninghoudster was aanwezig, vertegenwoordigd door mr. W. Kattouw.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde dat het college niet in redelijkheid kon besluiten op de aanvraag, omdat de aanvraag niet voldoende informatie bevatte over de functie van een onbenoemde ruimte in de aanvraag. Dit gebrek aan informatie leidde tot de conclusie dat het college in strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht had gehandeld. De beroepsgrond van [appellant] werd gegrond verklaard, wat leidde tot de vernietiging van het bestreden besluit.
De Raad van State besliste dat het college van burgemeester en wethouders van Midden-Drenthe de proceskosten van [appellant A] en [appellant B] moest vergoeden, tot een bedrag van € 921,45, en dat het griffierecht van € 150,00 vergoed moest worden. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en openbaar uitgesproken op 10 november 2010.