ECLI:NL:RVS:2010:BO1575
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Lubberdink
- M.G.J. Parkins de Vin
- C.J. Borman
- Rechtspraak.nl
Vreemdelingenbewaring en tenuitvoerlegging in AC Schiphol
In deze zaak gaat het om de vraag of de vreemdelingenbewaring van een vreemdeling in het Aanmeldcentrum Schiphol (AC Schiphol) rechtmatig is. De minister van Justitie heeft hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats 's Hertogenbosch, die de bewaring van de vreemdeling in het AC Schiphol onrechtmatig had verklaard. De rechtbank oordeelde dat het AC Schiphol niet kan worden aangemerkt als een politiebureau of huis van bewaring, en dat de bewaring daar niet ten uitvoer mocht worden gelegd. De minister betwistte dit en stelde dat het AC Schiphol wel degelijk kan worden aangewezen als ruimte waar vreemdelingen zich moeten ophouden, op basis van individuele aanwijzingen.
De Raad van State oordeelt dat de mogelijkheid om een ruimte aan te wijzen niet beperkt is tot ruimten die in algemene zin zijn aangewezen. Artikel 6 van de Vreemdelingenwet 2000 biedt de mogelijkheid om vreemdelingen te verplichten zich op te houden in een door de ambtenaar aangewezen ruimte. De Raad concludeert dat er geen grond is voor de opvatting dat artikel 5.4 van het Vreemdelingenbesluit 2000 een algemene aanwijzing vereist voor de tenuitvoerlegging van de maatregel van bewaring in het AC Schiphol. De grief van de minister slaagt, en de Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor zover deze het beroep gegrond verklaarde en de wijziging van de wijze van tenuitvoerlegging beval.
De Raad verklaart het hoger beroep gegrond en het beroep van de vreemdeling ongegrond. Dit betekent dat de bewaring van de vreemdeling in het AC Schiphol rechtmatig is, en dat de minister de bevoegdheid heeft om vreemdelingen in het AC Schiphol te houden op basis van individuele aanwijzingen. De uitspraak benadrukt de interpretatie van de Vreemdelingenwet en het Vreemdelingenbesluit met betrekking tot de tenuitvoerlegging van vrijheidsontnemende maatregelen.