Uitspraak
201001151/1/R1.
Datum uitspraak: 29 september 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te [woonplaats],
en
de raad van de gemeente Winsum,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 8 december 2009 heeft de raad het bestemmingsplan "Brandweerkazerne Winsum" vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft [appellant] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 29 januari 2010, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 1 maart 2010.
De raad heeft een verweerschrift ingediend.
[appellant] heeft nadere stukken ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 2 september 2010, waar [appellant], vertegenwoordigd door mr. L. Bultman, werkzaam bij DAS Rechtsbijstand, en de raad, vertegenwoordigd door A. Spier, werkzaam bij de gemeente, D.S.H. Elzinga, commandant brandweer, en drs. G. Jongsma, werkzaam bij SAVE/Oranjewoud, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het plan voorziet in het realiseren van een brandweerkazerne op een nieuwe locatie in Winsum. De huidige brandweerkazerne is gesitueerd bij het gemeentehuis in Winsum, de nieuwe locatie is aan de Meeden.
2.2. Ter zitting heeft [appellant] zijn beroepsgronden inzake het externe veiligheidsbeleid en de aanwezigheid van beschermde diersoorten ingetrokken.
2.3. [appellant], die in de nabijheid van de nieuwe locatie voor de brandweerkazerne woont, stelt in beroep dat het bestemmingsplan ten onrechte is vastgesteld. [appellant] betoogt dat het plan strijdig is met de Dorpsvisie, die het gebied aanmerkt als groen raamwerk. Het plan leidt tot verstoring van de omgeving en de nabijgelegen hertenkamp. Daarnaast geeft hij aan dat de huidige locatie beter voldoet en dat de verbouwing daarvan goedkoper is dan de bouw op de nieuwe locatie. [appellant] geeft aan dat de dekkingskwaliteit vanuit de nieuwe locatie slechter wordt, er nog geen verkeersmaatregelen genomen zijn en de provinciale weg lastig te bereiken is. Daarnaast is er op de huidige locatie geen naastliggende spoorlijn, welke voor vertragingen of gevaar kan zorgen. [appellant] geeft tevens aan dat er geen telgegevens zijn betreffende het wegverkeer. Ten slotte zal de nieuw voorziene rotonde in Winsum-Zuid zorgen voor extra vertraging bij het uitrukken van de brandweer, aldus [appellant].
2.4. De raad erkent dat de bouw op de nieuwe locatie in strijd is met de Dorpsvisie, maar stelt dat de Dorpsvisie slechts wordt gehanteerd als interne richtlijn en dat hiervan kan worden afgeweken. Op de huidige locatie van de brandweerkazerne worden de uitbreidingsmogelijkheden beperkt door de fysieke omgeving en op de nieuwe locatie kan worden voldaan aan de vereisten van de arbeidsinspectie. De kosten voor de nieuwe locatie zijn ongeveer even hoog als de verbouwingskosten voor de huidige kazerne en er zijn al kosten gemaakt voor het onderzoek naar de arbotechnische eisen, uitbreidingsmogelijkheden, dekkingskwaliteit en verkeersveiligheid. De dekkingskwaliteit blijft in stand en wordt voor sommige gebieden zelfs verbeterd en het oprijden van de provinciale weg wordt veiliger. De verkeerssituatie is overzichtelijker dan bij de huidige locatie, waar de aanliggende parkeerplaats ook wordt gebruikt door bezoekers van het gemeentehuis. De spoorlijn vormt volgens de raad geen belemmering. Daarnaast voert de raad aan dat de overlast voor omwonenden zal verminderen, omdat de afstand tot de dichtstbijzijnde woningen vergroot wordt ten opzichte van de huidige locatie. Ook zal een verbouwing van de huidige locatie problemen geven bij het uitrukken. De raad geeft aan dat de dieren in de hertenkamp geen last van het geluid van de kazerne zullen hebben, nu de provinciale weg dichterbij ligt. Wat betreft het bos tussen de woning van [appellant] en de nieuwe kazerne merkt de raad op dat er geen plannen zijn voor deze gronden.
2.5. Volgens de Dorpsvisie, vastgesteld door de raad in oktober 2004, wordt het gebied aan de Meeden gekenmerkt door geconcentreerd groen, waarmee het bijdraagt aan het groene karakter van Winsum. De voortzetting van het groene raamwerk moet volgens de Dorpsvisie de basis zijn voor uitbreidingsplannen.
2.5.1. Naar een nieuwe invulling van de brandweerkazerne is in 2007 door SAVE onderzoek gedaan, nadat was komen vast te staan dat de huidige locatie niet meer voldeed aan de arbotechnische eisen. Onderzocht is of het beter zou zijn om de huidige kazerne te verbouwen dan wel een nieuwe kazerne op een nieuwe locatie te bouwen. Uit dit onderzoek is gebleken dat een nieuwe locatie aan alle arbotechnische eisen kan voldoen. De bouwkosten zijn ongeveer even hoog als de verbouwingskosten van de huidige locatie. De dekkingskwaliteit blijft gelijk en wordt ten aanzien van sommige kernen zelfs beter, doordat de brandweer vanaf de in het plan neergelegde locatie sneller de provinciale weg kan bereiken dan vanaf de huidige locatie. Uit het onderzoek blijkt voorts dat de verkeersveiligheid noch het spoor een belemmering oplevert. De conclusie van het onderzoek is dat nieuwbouw de voorkeur heeft boven een verbouwing van de huidige locatie.
2.6. De Afdeling overweegt dat niet in geschil is dat het plan strijdig is met de Dorpsvisie. Dit betekent evenwel niet dat de raad daarvan niet zou mogen afwijken, mits dit gemotiveerd gebeurt. In dit geval is niet in geschil de noodzaak om de huidige kazerne te verbouwen dan wel een nieuwe kazerne elders te bouwen. Uit het onderzoek door SAVE volgt dat de kosten voor de nieuwe locatie ongeveer even hoog zijn als die voor een verbouwing van de huidige kazerne. Ook is er vanaf de nieuwe locatie beter uit te rijden, omdat er geen gedeelde parkeerplaats is en de kazerne direct aan de weg gelegen zal zijn. Verder is de provinciale weg volgens het onderzoeksrapport sneller te bereiken, waardoor de dekkingskwaliteit verbeterd kan worden. [appellant] heeft niet aannemelijk gemaakt dat deze constateringen in het rapport van SAVE onjuist zijn. Hij heeft voorts niet aannemelijk gemaakt dat de spoorweg in de nieuwe situatie een grotere belemmering is dan in de huidige situatie. Daargelaten dat nog niet zeker is dat de door [appellant] bedoelde rotonde in de provinciale weg er komt, is niet aannemelijk gemaakt dat deze tot langere aanrijtijden zal leiden. De raad heeft voorts ter zitting aangegeven dat in juni 2010 een telonderzoek is gedaan op de Meeden waarbij er in 24 uur ongeveer 3800 voertuigen werden geteld met een gemiddelde snelheid van 35 kilometer per uur. Doordat er maar weinig wordt uitgerukt, slechts eenmaal per twee weken wordt geoefend en veel brandweerlieden op de fiets naar de kazerne komen, is niet aannemelijk gemaakt dat het verkeer op de Meeden na de bouw van de kazerne in noemenswaardige mate zal toenemen. In dat licht bezien is voorts niet aannemelijk gemaakt dat de aanwezigheid van een kazerne zal leiden tot een verstoring van de dieren van de hertenkamp. Verder bedraagt de afstand van de woning van [appellant] tot de nieuwe kazerne ongeveer 55 meter en ligt daar nog een groenvoorziening tussen. Niet aannemelijk is gemaakt dat zijn woon- en leefklimaat onevenredig wordt aangetast. Hierbij komt dat zich op de huidige locatie woningen binnen een straal van 40 meter tot de kazerne bevinden. Gelet op al het voorgaande heeft de raad in redelijkheid de bij de nieuwe locatie betrokken belangen van doorslaggevend gewicht kunnen achten en in redelijkheid voor de kazerne op de in het plan neergelegde locatie kunnen kiezen.
2.7. In hetgeen [appellant] heeft aangevoerd ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat de raad zich niet in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat het plan strekt ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Het beroep is ongegrond.
2.8. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. Th.C. van Sloten, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. S. Bechinka, ambtenaar van staat.
w.g. Van Sloten w.g. Bechinka
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 29 september 2010
371-673.