ECLI:NL:RVS:2010:BN7908

Raad van State

Datum uitspraak
15 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
201002335/7/R2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake bestemmingsplan Kraaijensteinweg Burgh-Haamstede

Op 15 september 2010 heeft de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Dit verzoek was ingediend door [verzoeker] en anderen tegen het besluit van de raad van de gemeente Schouwen-Duiveland, dat op 17 december 2009 het bestemmingsplan "Reconstructie Kraaijensteinweg te Burgh-Haamstede" had vastgesteld. Het beroep van [verzoeker] en anderen was op 12 maart 2010 ingediend, en het verzoek om voorlopige voorziening werd op 11 juni 2010 ingediend. De zitting vond plaats op 31 augustus 2010, waar de verzoekers werden bijgestaan door gemachtigden en de raad vertegenwoordigd was door ambtenaren van de gemeente en Rijkswaterstaat.

De voorzitter overwoog dat het verzoek van [verzoeker] en anderen zich richtte tegen de opheffing van de directe aansluiting van de Meeldijk op de Kraaijensteinweg, wat volgens hen zou leiden tot een toename van verkeer op de Steursweg en daarmee tot overschrijding van geluidsnormen en onveilige verkeerssituaties. De voorzitter constateerde echter dat de afsluiting van de Meeldijk niet in het bestemmingsplan was opgenomen, waardoor een schorsing van de uitvoeringswerkzaamheden niet mogelijk was. De voorzitter oordeelde dat het verzoek om voorlopige voorziening te verstrekkend was en wees het verzoek af. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak benadrukt het voorlopige karakter van de beslissing en dat deze niet bindend is in de bodemprocedure. De voorzitter concludeerde dat het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening niet kon worden toegewezen, en dat de verzoekers niet in hun vordering konden worden ontvangen.

Uitspraak

201002335/7/R2.
Datum uitspraak: 15 september 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker], wonend te [woonplaats], en anderen,
en
de raad van de gemeente Schouwen-Duiveland,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 17 december 2009 heeft de raad het bestemmingsplan "Reconstructie Kraaijensteinweg te Burgh-Haamstede" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben onder meer [verzoeker] en anderen bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 12 maart 2010, beroep ingesteld. Bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 11 juni 2010 hebben [verzoeker] en anderen de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 31 augustus 2010, waar [verzoeker] en anderen, in de persoon van [gemachtigde], bijgestaan door [gemachtigde], en de raad, vertegenwoordigd door mr. M.A.Y. Schenk-Syswerda, werkzaam bij de gemeente, en mr. J.C. Hooftman, G. Bouw en M. Moelker, allen werkzaam bij Rijkswaterstaat, zijn verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2. Het plan maakt de reconstructie mogelijk van de Kraaijensteinweg (N57) te Burgh-Haamstede, tussen de aansluiting met de Serooskerkseweg en de aansluiting met de Weeldeweg en de Meeldijk. Het voorziet onder meer in de aanleg van parallelwegen, een rotonde, een ovonde en een fietstunnel.
2.3. Het verzoek van [verzoeker] en anderen richt zich, evenals hun beroep, tegen het opheffen van de directe aansluiting van de Meeldijk op de Kraaijensteinweg. Zij vrezen dat het opheffen van deze aansluiting zal leiden tot aanzienlijke toename van het verkeer op de Steursweg, waar zij wonen. Als gevolg daarvan zullen volgens hen de toepasselijke geluidsnormen vaker worden overschreden en zullen op de Steursweg onveilige verkeerssituaties ontstaan. Bij het onderzoek dat de raad aan het plan ten grondslag heeft gelegd is volgens hen uitgegaan van verkeerde aannames.
2.4. De voorzitter stelt vast dat, zoals blijkt uit de plankaart, de kruising van de Kraaijensteinweg met de Meeldijk buiten het plangebied ligt. Dat betekent dat de afsluiting van de Meeldijk, waartegen het beroep van [verzoeker] en anderen zich richt, niet in het plan wordt mogelijk gemaakt en dat een eventuele schorsing daarvan niet het door [verzoeker] en anderen gewenste gevolg kan hebben. Een voorziening die ertoe strekt de inmiddels aangevangen uitvoeringswerkzaamheden feitelijk stil te leggen, zoals door [verzoeker] en anderen gevraagd, acht de voorzitter te verstrekkend omdat dit ook met de uitspraak van de Afdeling in de bodemzaak niet zou kunnen worden bewerkstelligd. Gelet hierop bestaat aanleiding het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af te wijzen.
2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. R.J. Hoekstra, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. T.A. Oudenaarden, ambtenaar van staat.
w.g. Hoekstra w.g. Oudenaarden
voorzitter ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 15 september 2010
568.