ECLI:NL:RVS:2010:BL5345

Raad van State

Datum uitspraak
24 februari 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200906316/1/R3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • P.B.M.J. van der Beek-Gillessen
  • S. Bechinka
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestemmingsplan Vissersweg 14 Hoogmade vastgesteld door de gemeente Kaag en Braassem

Op 29 juni 2009 heeft de raad van de gemeente Kaag en Braassem het bestemmingsplan "Vissersweg 14 Hoogmade" vastgesteld. Tegen dit besluit heeft de appellant, wonend in de gemeente Kaag en Braassem, op 20 augustus 2009 beroep ingesteld bij de Raad van State. De gronden van het beroep zijn later aangevuld. De raad heeft een verweerschrift ingediend en de zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige kamer. De zitting vond plaats op 29 januari 2010.

Tijdens de procedure heeft de raad op 26 januari 2010 aangekondigd een nieuw plan te willen vaststellen, omdat er een gewijzigd inzicht was over de vereisten voor de beoogde woningbouw. Dit leidde tot de conclusie dat het oorspronkelijke plan niet met de vereiste zorgvuldigheid tot stand was gekomen. De Afdeling oordeelde dat het bestreden besluit in strijd was met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht, wat leidde tot de gegrondverklaring van het beroep.

De Raad van State heeft het besluit van de raad van de gemeente Kaag en Braassem vernietigd en de raad veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de appellant, die op € 322,00 zijn vastgesteld, evenals de griffierechten van € 150,00. De uitspraak werd openbaar gedaan op 24 februari 2010.

Uitspraak

200906316/1/R3.
Datum uitspraak: 24 februari 2010
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant], wonend te [woonplaats], gemeente Kaag en Braassem,
en
de raad van de gemeente Kaag en Braassem,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 29 juni 2009 heeft de raad van de gemeente Kaag en Braassem (hierna: de raad) het bestemmingsplan "Vissersweg 14 Hoogmade" (hierna: het plan) vastgesteld.
Tegen dit besluit heeft [appellant] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 20 augustus 2009, beroep ingesteld. De gronden van het beroep zijn aangevuld bij brief van 18 september 2009.
De raad heeft een verweerschrift en een nader stuk ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting aan de orde gesteld op 29 januari 2010.
2. Overwegingen
2.1. Bij brief van 26 januari 2010 heeft de raad het voornemen bekend gemaakt een nieuw plan vast te stellen in verband met het na het nemen van het vaststellingsbesluit gewijzigde inzicht dat voor de beoogde woningbouw een ander bestemmingsplanregime is vereist. Aldus is op voorhand aannemelijk dat het plan niet zal worden uitgevoerd.
Nu de raad zich bij nader inzien op een ander standpunt heeft gesteld dan tijdens de besluitvorming over het plan en niet is gebleken dat gewijzigde omstandigheden hiertoe aanleiding hebben gegeven, moet worden geoordeeld dat het plan niet met de vereiste zorgvuldigheid tot stand is gekomen.
2.2. De conclusie is dat hetgeen [appellant] heeft aangevoerd aanleiding geeft voor het oordeel dat het bestreden besluit is genomen in strijd met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid. Het beroep is gegrond. Het bestreden besluit dient wegens strijd met artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht te worden vernietigd. De beroepsgronden van [appellant] behoeven geen bespreking meer.
2.3. De raad dient op na te melden wijze in de proceskosten te worden veroordeeld.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
I. verklaart het beroep gegrond;
II. vernietigt het besluit van de raad van de gemeente Kaag en Braassem van 29 juni 2009;
III. veroordeelt de raad van de gemeente Kaag en Braassem tot vergoeding van bij [appellant] in verband met de behandeling van het beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 322,00 (zegge: driehonderdtweeëntwintig euro), geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
IV. gelast dat de raad van de gemeente Kaag en Braassem aan [appellant] het door hem voor de behandeling van het beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 150,00 (zegge: honderdvijftig euro) vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. S. Bechinka, ambtenaar van Staat.
w.g. Van der Beek-Gillessen w.g. Bechinka
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 24 februari 2010
371-635.