ECLI:NL:RVS:2010:BL0261
Raad van State
- Hoger beroep
- B. van Wagtendonk
- A.W.M. Bijloos
- S.J.E. Horstink von Meyenfeldt
- H.W. Groeneweg
- Rechtspraak.nl
Uitleg van de uitzondering op legesvergoeding voor verblijfsvergunningen voor kinderen van statushouders
In deze zaak heeft de Raad van State op 15 januari 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van een verzoek om vergoeding van legeskosten door het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA). De vreemdeling, die in hoger beroep ging, betoogde dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat de uitzondering op de legesvergoeding, zoals opgenomen in artikel 17, zesde lid, aanhef en onder c, van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (Rva 2005), alleen van toepassing is op in Nederland geboren kinderen van statushouders. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de minister in een brief van 6 juli 2005 had aangegeven dat deze uitzondering enkel geldt voor kinderen die in Nederland zijn geboren, en niet voor kinderen die in het buitenland zijn geboren, zoals in dit geval het kind van de vreemdeling dat in Angola is geboren.
De Raad van State bevestigde het oordeel van de rechtbank en oordeelde dat de uitleg van het COA in lijn is met de wetgeving en het beleid van de minister. De Raad stelde vast dat de vreemdeling niet kon aantonen dat de rechtbank ten onrechte had overwogen dat de uitzondering niet van toepassing was op haar situatie. De Raad benadrukte dat de wetgeving en de beleidsregels duidelijk zijn en dat de uitzondering op de legesvergoeding enkel geldt voor kinderen die in Nederland zijn geboren. De uitspraak bevestigt de noodzaak voor een duidelijke interpretatie van de wetgeving met betrekking tot legesvergoedingen voor asielzoekers en hun kinderen.
De Raad van State heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigd en het hoger beroep ongegrond verklaard. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien er geen aanleiding voor was. Deze uitspraak heeft implicaties voor de interpretatie van de wetgeving omtrent legesvergoedingen voor asielzoekers en benadrukt de strikte voorwaarden waaronder deze vergoedingen kunnen worden verleend.