ECLI:NL:RVS:2008:BD9925

Raad van State

Datum uitspraak
13 augustus 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200709082/1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • H.Ph.J.A.M. Hennekens
  • D. van Leeuwen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vergunningverlening voor varkenshouderij in ecologische hoofdstructuur

Op 13 november 2007 verleende het college van burgemeester en wethouders van Raalte een revisievergunning voor een varkenshouderij aan [vergunninghouder] op [locatie] te [plaats]. Dit besluit werd op 22 november 2007 ter inzage gelegd. Tegen deze vergunning hebben [appellanten] op 27 december 2007 beroep ingesteld bij de Raad van State. In hun beroep stelden zij dat het college geen rekening had gehouden met de ligging van de inrichting in de ecologische hoofdstructuur en dat nabijgelegen grond was aangekocht voor nieuwe natuur. Daarnaast voerden zij aan dat 80 hectare aaneengesloten bos van het Landgoed Schoonheten ten onrechte niet als kwetsbaar gebied was aangemerkt volgens de Wet ammoniak en veehouderij.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 25 juli 2008 behandeld. Het college werd vertegenwoordigd door B.J. Bolink en A. Willigenburg. Na de behandeling heeft de Afdeling geoordeeld dat het beroep van [appellanten] ongegrond is. De Afdeling verwees naar eerdere rechtsoverwegingen van de voorzitter van de Raad van State in een vergelijkbare zaak van 13 februari 2008. De Afdeling zag geen aanleiding om tot een ander oordeel te komen dan dat van de voorzitter.

De uitspraak werd op 13 augustus 2008 gedaan, waarbij de Afdeling het beroep ongegrond verklaarde en geen aanleiding zag voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin, door mr. H.Ph.J.A.M. Hennekens, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. D. van Leeuwen, ambtenaar van Staat.

Uitspraak

200709082/1.
Datum uitspraak: 13 augustus 2008
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellanten], woonplaats kiezend te [woonplaats],
en
het college van burgemeester en wethouders van Raalte,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 13 november 2007 heeft het college van burgemeester en wethouders van Raalte (hierna: het college) aan [vergunninghouder] een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een varkenshouderij aan de [locatie] te [plaats]. Dit besluit is op 22 november 2007 ter inzage gelegd.
Tegen dit besluit hebben [appellanten]bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 27 december 2007, beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
[appellanten] hebben nadere stukken ingediend. Deze zijn aan de andere partijen toegezonden.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 25 juli 2008, waar het college, vertegenwoordigd door B.J. Bolink en A. Willigenburg, beiden werkzaam bij de gemeente, is verschenen.
2. Overwegingen
2.1. [appellanten] betogen dat het college bij het nemen van het bestreden besluit ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de ligging van de inrichting in de ecologische hoofdstructuur. Zij wijzen er in dit verband op dat naast de inrichting grond is gelegen die is aangekocht voor nieuwe natuur. Voorts voeren [appellanten] aan dat 80 hectare aaneengesloten bos van het Landgoed Schoonheten ten onrechte niet is aangemerkt als kwetsbaar gebied in de zin van de Wet ammoniak en veehouderij.
2.2. De Afdeling is van oordeel dat het beroep van [appellanten] ongegrond is. Zij wijst voor de motivering van dit oordeel naar de rechtsoverwegingen van de uitspraak van de voorzitter van 13 februari 2008, nr. <a target="_blank" href="http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken_in_uitspraken/zoekresultaat/?zoeken_veld=200709082/2&verdict_id=22437&utm_id=1&utm_source=Zoeken_in_uitspraken&utm_campaign=uitspraken&utm_medium=internet&utm_content=200709082/2&utm_term=200709082/2">200709082/2</a>. De Afdeling ziet geen aanleiding om tot een ander oordeel dan dat van de voorzitter te komen.
2.3. Het beroep is ongegrond.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. H.Ph.J.A.M. Hennekens, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. D. van Leeuwen, ambtenaar van Staat.
w.g. Hennekens w.g. Van Leeuwen
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 13 augustus 2008
373-576.