ECLI:NL:RVS:2008:BD7372

Raad van State

Datum uitspraak
16 juli 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200708140/1
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.H. van Kreveld
  • M.P.J.M. van Grinsven
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hogere grenswaarden Wet geluidhinder voor woningen aan de Wildertsedijk te Zundert

In deze zaak heeft de Raad van State op 16 juli 2008 uitspraak gedaan over een besluit van het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, dat op 24 augustus 2007 hogere grenswaarden heeft vastgesteld voor geluidhinder voor woningen aan de Wildertsedijk 4 te Zundert. Dit besluit werd genomen op verzoek van het college van burgemeester en wethouders van Zundert. De besloten vennootschap Ardo B.V. heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en heeft later beroep ingesteld bij de Raad van State.

De Raad van State heeft vastgesteld dat het besluit van 24 augustus 2007 niet correct was voorbereid volgens de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht. Ardo B.V. stelde dat het college van burgemeester en wethouders bij de voorbereiding van het verzoek om hogere grenswaarden de juiste procedure had gevolgd, maar de Raad van State oordeelde dat het college van gedeputeerde staten niet de vereiste ontwerpbesluiten ter inzage had gelegd, waardoor het besluit niet voldeed aan de wettelijke eisen.

Als gevolg hiervan heeft de Raad van State het beroep van Ardo B.V. niet-ontvankelijk verklaard. De zaak werd terugverwezen naar het college van gedeputeerde staten voor behandeling van het bezwaarschrift van Ardo B.V. De Raad van State heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste procedurele stappen bij het vaststellen van besluiten die invloed hebben op de omgeving en de rechten van betrokken partijen.

Uitspraak

200708140/1.
Datum uitspraak: 16 juli 2008
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Ardo B.V., gevestigd te Zundert,
appellante,
en
het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 24 augustus 2007 heeft het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant (hierna: verweerder) op verzoek van het college van burgemeester en wethouders van Zundert hogere grenswaarden als bedoeld in artikel 83 van de Wet geluidhinder vastgesteld voor een aantal aan de Wildertsedijk 4 te Zundert geprojecteerde woningen.
Tegen dit besluit heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Ardo B.V. (hierna: Ardo B.V.) bij brief, bij verweerder ingekomen op 9 oktober 2007, bezwaar gemaakt. Verweerder heeft het bezwaarschrift met toepassing van artikel 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht doorgezonden aan de Afdeling. Ardo B.V. heeft voorts bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 21 november 2007, een beroepschrift ingediend.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Verweerder heeft een nader stuk ingediend. Dit is aan de andere partijen toegezonden.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 7 juli 2008. Ardo B.V. en verweerder zijn, met kennisgeving, niet ter zitting verschenen. Ter zitting zijn het college van burgemeester en wethouders van Zundert, vertegenwoordigd door A.M.C. Coppens-Timmermans, werkzaam bij de gemeente, en [partij], vertegenwoordigd door E. Kieboom, gehoord.
2. Overwegingen
2.1. Ingevolge artikel 7:1, eerste lid, aanhef en onder d, van de Algemene wet bestuursrecht dient degene aan wie het recht is toegekend tegen een besluit beroep op een administratieve rechter in te stellen, alvorens beroep in te stellen tegen dat besluit bezwaar te maken, tenzij het besluit is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4.
2.2. De Afdeling overweegt dat het besluit van 24 augustus 2007, anders dan Ardo B.V. meent, niet is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. De door Ardo B.V. gestelde omstandigheid dat het college van burgemeester en wethouders van Zundert bij de voorbereiding van het verzoek om vaststelling van hogere grenswaarden toepassing heeft gegeven aan afdeling 3.4, leidt niet tot het oordeel dat het op dat verzoek door verweerder genomen besluit is voorbereid met toepassing van die afdeling. Vaststaat dat verweerder niet, alvorens het besluit van 24 augustus 2007 te nemen, een ontwerp daarvan ter inzage heeft gelegd en de mogelijkheid heeft geboden om over dat ontwerp zienswijzen naar voren te brengen.
2.3. Gezien het voorgaande voldoet het besluit van 24 augustus 2007 niet aan artikel 7:1, eerste lid, onder d, van de Algemene wet bestuursrecht. Evenmin voldoet dit besluit aan artikel 7:1, eerste lid, onder a, b of c van de Algemene wet bestuursrecht. Verder heeft Ardo B.V. in haar bezwaarschrift niet verzocht om aan artikel 7:1a van de Algemene wet bestuursrecht toepassing te geven. Tegen het besluit van 24 augustus 2007 staat dan ook geen beroep open, maar kan slechts bezwaar worden gemaakt. Verweerder heeft het tegen dit besluit ingediende bezwaarschrift ten onrechte aan de Afdeling doorgezonden.
2.4. Het beroep is niet-ontvankelijk. De Afdeling zal het door verweerder aan haar gezonden bezwaarschrift, samen met het op 21 november 2007 door Ardo B.V. bij de Afdeling ingediende beroepschrift, aan verweerder zenden ter behandeling als bezwaarschrift.
2.5. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. J.H. van Kreveld, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. M.P.J.M. van Grinsven, ambtenaar van Staat.
w.g. Van Kreveld w.g. Van Grinsven
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 16 juli 2008
462.