ECLI:NL:RVS:2008:BD5576
Raad van State
- Hoger beroep
- P.A. Offers
- W.M.P. van Gemert
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep na overlijden vreemdeling zonder wettelijke erfgenamen
In deze zaak gaat het om de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep van een vreemdeling die na het instellen van het beroep is overleden. De vreemdeling was in vreemdelingenbewaring gesteld op 20 februari 2008, en had tegen de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats 's Hertogenbosch, van 10 maart 2008 hoger beroep ingesteld. De rechtbank had het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Na het indienen van het hoger beroep, heeft de gemachtigde van de vreemdeling op 9 juni 2008 aangegeven dat er geen wettelijke erfgenamen zijn die de procedure kunnen voortzetten. Hierdoor is het belang van het hoger beroep komen te ontvallen, wat leidt tot de conclusie dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in deze uitspraak geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 19 juni 2008.