ECLI:NL:RVS:2007:BB9935
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- M. Oosting
- P.A. Melse
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake last onder dwangsom opgelegd aan MultiEnergy B.V. door deelgemeente Prins Alexander
In deze zaak heeft de Raad van State op 7 december 2007 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van MultiEnergy B.V., gevestigd te Zoeterwoude. De verzoekster had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het dagelijks bestuur van de deelgemeente Prins Alexander, dat op 9 oktober 2007 een last onder dwangsom had opgelegd vanwege een overtreding van artikel 8.1 van de Wet milieubeheer. De last was opgelegd omdat de inrichting aan het Metaalhof 55-63 te Rotterdam activiteiten verrichtte waarvoor een vergunning vereist was. De verzoekster stelde dat de begunstigingstermijn van één dag te kort was en dat zij niet voldoende tijd had om aan de last te voldoen.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft de zaak op 26 november 2007 ter zitting behandeld, waarbij zowel de verzoekster als de verweerder aanwezig waren. De Voorzitter oordeelde dat de opgelegde begunstigingstermijn van één dag niet redelijk was, gezien de lange tijd dat de inrichting al in werking was en de periode tussen het voornemen en de definitieve last. De Voorzitter besloot om de last onder dwangsom te schorsen tot zes weken na de bekendmaking van de beslissing op bezwaar, met de mogelijkheid tot verlenging indien er binnen die termijn een verzoek om voorlopige voorziening zou worden ingediend.
Daarnaast werd het dagelijks bestuur van de deelgemeente Prins Alexander veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de verzoekster, die op € 644,00 werden vastgesteld, en tot terugbetaling van het griffierecht van € 285,00. Deze uitspraak benadrukt het belang van redelijke termijnen bij het opleggen van sancties en de zorgvuldigheid die in acht moet worden genomen bij bestuursbesluiten.