ECLI:NL:RVS:2007:BB8280
Raad van State
- Hoger beroep
- H. Troostwijk
- P.A. Offers
- M.A.A. Mondt Schouten
- J.H. van der Winden
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verlening machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) voor kinderen van appellante
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats Maastricht, die op 26 april 2007 een aanvraag van appellante om een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) afwees. De minister van Buitenlandse Zaken had eerder, op 4 augustus 2006, de aanvraag van appellante afgewezen en het bezwaar daartegen op 8 december 2006 ongegrond verklaard. De voorzieningenrechter heeft in zijn uitspraak niet onderkend dat de situatie van de kinderen van appellante, die op 8 december 2006 een mvv verleend kregen, verschilde van de situatie op 4 augustus 2006. Appellante stelde dat de voorzieningenrechter ten onrechte niet inging op haar beroep op artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), dat recht geeft op respect voor privé- en gezinsleven. De Raad van State oordeelde dat de voorzieningenrechter de nieuwe situatie niet had meegewogen en dat de grief van appellante slaagde. De uitspraak van de voorzieningenrechter werd vernietigd en de zaak werd terugverwezen naar de rechtbank voor verdere behandeling. Tevens werd de proceskostenvergoeding vastgesteld op € 322,00 en het griffierecht van € 214,00 werd aan appellante vergoed.