ECLI:NL:RVS:2007:BB3402
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- T.M.A. Claessens
- I.A. Molenaar
- Rechtspraak.nl
Intrekking erkenning voor periodieke keuringen van voertuigen en verzoek om voorlopige voorziening
Op 5 september 2007 heeft de Raad van State uitspraak gedaan in een zaak waarin de algemeen directeur van de Dienst Wegverkeer, verzoeker, de erkenning van [wederpartij] voor het uitvoeren van periodieke keuringen van voertuigen tot en met 3500 kg heeft ingetrokken. Dit besluit, genomen op 13 februari 2007, was voor een periode van 12 weken. De intrekking volgde op een steekproef waarbij geconstateerd werd dat het voertuig niet voldeed aan de keuringseisen.
Tegen deze intrekking heeft [wederpartij] bezwaar gemaakt, dat door verzoeker ongegrond werd verklaard op 11 mei 2007. Vervolgens heeft [wederpartij] beroep ingesteld bij de rechtbank Rotterdam, die op 11 juli 2007 het beroep gegrond verklaarde en de intrekking van de erkenning vernietigde. Verzoeker heeft hierop hoger beroep ingesteld bij de Raad van State en verzocht om een voorlopige voorziening.
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak heeft de zaak op 23 augustus 2007 behandeld. Tijdens de zitting is gebleken dat de keurmeester niet aanwezig was bij de steekproef, wat leidde tot een niet-ondertekend steekproefcontrolerapport. De Voorzitter oordeelde dat de afwezigheid van de keurmeester niet verwijtbaar was aan verzoeker, maar dat de procedure rondom de ondertekening van het rapport niet correct was gevolgd.
Uiteindelijk heeft de Voorzitter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, waarbij de belangen van [wederpartij] bij het kunnen blijven uitvoeren van APK-keuringen zwaar wogen. Verzoeker werd veroordeeld tot vergoeding van proceskosten aan [wederpartij] tot een bedrag van € 322,00, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand.