ECLI:NL:RVS:2007:BA7070

Raad van State

Datum uitspraak
8 juni 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
200703288/2
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek
  • M.M. van der Smissen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in hoger beroep inzake Huisvestingsverordening Skasterlân 2005

Op 21 december 2005 heeft de raad van de gemeente Skarsterlân de lijst met overgangsgevallen van de Huisvestingsverordening Skasterlân 2005 definitief vastgesteld. Op 26 september 2006 heeft de raad het bezwaar van de wederpartij niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank Leeuwarden heeft op 5 april 2007 het beroep van de wederpartij gegrond verklaard, het besluit van de raad vernietigd en de raad opgedragen een nieuw besluit te nemen. Hierop heeft de raad op 8 mei 2007 hoger beroep ingesteld bij de Raad van State en verzocht om een voorlopige voorziening.

De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de zaak op 5 juni 2007 behandeld. De raad was vertegenwoordigd door A.C. Teuben-Bokma, terwijl de wederpartij niet aanwezig was. De Voorzitter heeft overwogen dat het verzoek om een voorlopige voorziening geen verdere strekking heeft dan het uitstellen van de verplichting voor de raad om een nieuw besluit te nemen totdat er een uitspraak is gedaan in het hoger beroep. Er zijn geen belangen gebleken die nopen tot een spoedige uitvoering van de aangevallen uitspraak.

De Voorzitter heeft besloten dat de raad van de gemeente Skarsterlân geen nieuw besluit op het bezwaar van de wederpartij hoeft te nemen totdat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist. Deze beslissing is niet bindend in de bodemprocedure en heeft een voorlopig karakter. De uitspraak is openbaar gedaan op 8 juni 2007.

Uitspraak

200703288/2.
Datum uitspraak: 8 juni 2007
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) hangende het hoger beroep van:
de raad van de gemeente Skarsterlân,
verzoeker,
tegen de uitspraak in zaak no. AWB 06/2634 van de rechtbank Leeuwarden van 5 april 2007 in het geding tussen:
[wederpartij], wonend te [woonplaats]
en
verzoeker.
1.    Procesverloop
Op 21 december 2005 heeft verzoeker, voor zover thans van belang, de lijst met overgangsgevallen van de Huisvestingsverordening Skasterlân 2005 definitief vastgesteld.
Bij besluit van 26 september 2006 heeft verzoeker het door [wederpartij] daartegen gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.
Bij uitspraak van 5 april 2007, verzonden op 6 april 2007, heeft de rechtbank Leeuwarden (hierna: de rechtbank) het door [wederpartij] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het bestreden besluit op bezwaar vernietigd en bepaald dat verzoeker met inachtneming van deze uitspraak een nieuw besluit moet nemen op het bezwaarschrift.
Tegen deze uitspraak heeft verzoeker bij brief van 8 mei 2007, bij de Raad van State ingekomen op 10 mei 2007, hoger beroep ingesteld. Bij brief van 8 mei 2007, bij de Raad van State ingekomen op 10 mei 2007, heeft verzoeker de Voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter heeft de zaak ter zitting behandeld op 5 juni 2007, waar verzoeker, vertegenwoordigd door A.C. Teuben-Bokma, werkzaam bij de gemeente, is verschenen. [wederpartij] is niet verschenen.
2.    Overwegingen
2.1.    Het oordeel van de Voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.
2.2.    Het verzoek heeft geen verdere strekking dan dat bij wijze van voorlopige voorziening wordt bepaald dat verzoeker in afwachting van de uitspraak op het ingestelde hoger beroep geen gevolg hoeft te geven aan de in hoger beroep bestreden uitspraak, voor zover deze inhoudt de verplichting voor verzoeker om een nieuw besluit op het bezwaar te nemen. Niet is gebleken van belangen die nopen tot het spoedig gevolg geven aan de aangevallen uitspraak. De Voorzitter ziet hierin aanleiding de hierna te melden voorlopige voorziening te treffen.
2.3.    Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3.    Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
treft de voorlopige voorziening dat de raad van de gemeente Skarsterlân geen nieuw besluit op het bezwaar van [wederpartij] hoeft te nemen voordat de Afdeling op het hoger beroep heeft beslist.
Aldus vastgesteld door mr. C.M. Ligtelijn-van Bilderbeek, als Voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. M.M. van der Smissen, ambtenaar van Staat.
w.g. Ligtelijn-van Bilderbeek              w.g. Van der Smissen
Voorzitter                                 ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 8 juni 2007
419