ECLI:NL:RVS:2007:BA4132
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- Th.G. Drupsteen
- A. Douwes
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake illegaal gronddepot te Harderwijk
In deze zaak heeft de Raad van State op 23 april 2007 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Harderwijk. Dit college had op 15 februari 2007 een verzoek van de verzoekers om toepassing van bestuurlijke handhavingmiddelen met betrekking tot een illegaal gronddepot afgewezen. De verzoekers hebben hiertegen bezwaar gemaakt en vroegen de Voorzitter van de Raad van State om een voorlopige voorziening te treffen. Tijdens de zitting op 12 april 2007 zijn de verzoekers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde, en de verweerder, vertegenwoordigd door ambtenaren van de gemeente, verschenen.
De Voorzitter overwoog dat er weliswaar sprake was van een gronddepot, maar dat er geen opslag van afvalstoffen plaatsvond. Hierdoor viel de inrichting onder de werkingssfeer van het Besluit opslag- en transportbedrijven milieubeheer, wat betekende dat er geen vergunning op grond van de Wet milieubeheer vereist was. Bovendien bleek uit het verhandelde ter zitting dat de gronden in het gronddepot waren aangewend voor de aanleg van een talud voor een fietsbrug. Aangezien er geen gronddepot meer aanwezig was, bestond er geen aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen.
De Voorzitter merkte op dat verzoekers hun verzoek om voorlopige voorziening hadden uitgebreid tot het talud, maar dat er geen overtredingen waren gebleken die handhavend optreden door verweerder noodzakelijk maakten. Er was geen bewijs dat verontreinigde stoffen in de afdeklaag van het talud bodemverontreiniging zouden veroorzaken. Daarom werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. De beslissing werd genomen zonder proceskostenveroordeling.