ECLI:NL:RVS:2006:AZ0824
Raad van State
- Voorlopige voorziening
- W. Konijnenbelt
- P.A. Melse
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake last onder dwangsom vanwege overtreding van de Wet bodembescherming
In deze zaak heeft de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 19 oktober 2006 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, wonend te [woonplaats], had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Amstelveen, dat op 25 augustus 2006 een last onder dwangsom had opgelegd wegens overtreding van artikel 13 van de Wet bodembescherming (Wbb). De last was opgelegd vanwege de aanwezigheid van ongeveer 200 m3 verontreinigde grond op het perceel van verzoeker, gebaseerd op een rapport van UDM adviesbureau b.v. uit juli 2005, waarin werd gesteld dat de grond verontreinigd was door een verhoogd kopergehalte.
Verzoeker heeft op 18 september 2006 de Voorzitter verzocht om een voorlopige voorziening, omdat hij van mening was dat het bestreden besluit geschorst diende te worden. Hij betwistte de verontreiniging van de grond en voerde aan dat er onduidelijkheid bestond over de status van de inrichting en de bevoegdheid van de gedeputeerde staten. Tijdens de zitting op 3 oktober 2006 heeft verzoeker, bijgestaan door zijn advocaat, zijn standpunt toegelicht. De Voorzitter overwoog dat nader onderzoek nodig was om de eigenschappen van de grond vast te stellen en dat de voorlopige voorzieningenprocedure zich daar niet voor leende.
De Voorzitter heeft uiteindelijk besloten om het besluit van 25 augustus 2006 te schorsen tot zes weken na de bekendmaking van de beslissing op het bezwaar. Tevens werd het college van burgemeester en wethouders van Amstelveen veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van verzoeker, die in totaal € 681,97 bedroegen, en het griffierecht van € 141,00 diende door de gemeente aan verzoeker te worden vergoed. Deze uitspraak benadrukt de noodzaak van zorgvuldige afweging van belangen in bestuursrechtelijke procedures en de rol van voorlopige voorzieningen in het beschermen van rechten van burgers.